Zonder Nederlanders aan de start was Challenge Canberra logischerwijs minder interessant voor Nederlandse triathlonfans, maar het format waarmee werd geëxperimenteerd maakte zeker een en ander goed: profatleten moesten namelijk twee dagen achter elkaar in actie komen (op zaterdag een non-drafting Olympische afstand en op zondag een non-drafting Sprint Distance) en vervolgens werd op basis van beide uitslagen een totaalklassement opgemaakt. Winst was er voor Callum McClusky en Tara Sosinski.
McClusky legde al meteen de basis voor zijn eindoverwinning door op zaterdag oppermachtig te zijn en de Olympic Distance met twee minuten voorsprong te winnen op onder andere Jarrod Osbourne en Josh Woolridge. Bij de Sprint Distance werd McClusky in de sprint verslagen door Osbourne, maar zijn ruime overwinning van de dag eerder was dus meer dan voldoende voor de overall eindzege. Osbourne en Woolridge stonden ook op het overall podium. “Dit was iets totaal anders dan ik gewend ben”, sprak McClusky na afloop. “Het was een geweldig evenement. Ik ging op zondag aardig kapot na het fietsen, maar ik kon volhouden en de overwinning eruit slepen.”
In het vrouwenklassement was de dynamiek anders, want Sosinski won dan wel het eindklassement; op de eerste dag tijdens de Olympische afstand werd ze nog in de slotfase voorbij gestevend door Richelle Hill, die dus won. Sosinski werd tweede en Jodie Stimpson werd derde.
Op de tweede dag stelde Sosinksi orde op zaken, door vanaf de start de leiding te pakken en die tijdens de Sprint Distance ook niet meer uit handen te geven. Achter haar werd Stimpson tweede en Hill derde. Beide dagen opgeteld leverde Sosinski op als overall winnaar, met Hill als tweede en Stimpson als derde. “Het was een geweldig format”, aldus Sosinski. “Ik had echt moeite met het lopen. Ik wist dat ik goed moest zwemmen en fietsen, en dan vooral moest volhouden tijdens de run. Ik moest er hard voor werken.”