De Nederlandse pro’s doen tot nog toe goede zaken tijdens Challenge Almere-Amsterdam. Na 3,8 kilometer zwemmen en 90 kilometer fietsen leidt Evert Scheltinga het pro-veld bij de mannen. Yvonne van Vlerken rijdt op kop bij de vrouwen, maar Els Visser zit haar op de hielen.
De mannen doken vanmorgen als eerste het water in, met daaronder zes Nederlandse pro’s: Evert Scheltinga, Diederik Scheltinga, Tjardo Visser, Steff Overmars, Marijn de Jonge en Dirk Wijnalda. Evert Scheltinga nam direct de leiding tijdens het zwemonderdeel, op de voet gevolgd door de Sloveense Jaroslav Kovacic. Ruim drie minuten eerder dan de achtervolgende groep verlieten Scheltinga (50:04 minuten) en Kovacic (50:07 minuten) het water. In de achtervolgende groep zaten onder andere Tjardo Visser in vierde positie en Diederik Scheltinga in vijfde positie.
Lange tijd bleven Scheltinga en Kovacic tijdens het fietsen bij elkaar in de buurt, in een poging de wedstrijd hard te maken, wetende dat de Australische Cameron Wurf veel tijdswinst zal pakken tijdens het fietsonderdeel. In het begin leek Wurf wat moeite te hebben het gat van ruim drie minuten dicht te rijden, maar langzaam wist hij zijn achterstand terug te dringen.
Na 60 kilometer kon Kovacic het tempo van Scheltinga niet meer bijbenen en na 98 kilometer was het Wurf die de tweede positie achter Scheltinga in handen kreeg. De Australiër maakte echt grote sprongen naar voren en toonde overduidelijk zijn fietskwaliteiten. Het verschil tussen Scheltinga en Wurf was nog slechts 30 seconden, terwijl de voorsprong van Scheltinga op Kovacic was opgelopen tot een minuut. Zo’n tien minuten daarachter was het Steff Overmars die halverwege de wedstrijd in zesde positie lag. Diederik Scheltinga lag op een 9e plaats, Dirk Wijnalda 14e, Tjardo Visser 15e en Marijn de Jonge op een 16e plaats.
(tekst gaat verder onder foto’s)
Spannende strijd tussen Visser en Van Vlerken
Bij de vrouwen zijn de ogen vandaag vooral gericht op Yvonne van Vlerken en Els Visser. Het was echter de Britse Debbie Greig die na 3,8 kilometer zwemmen als eerste uit het water kwam (57:59 minuten). Twee minuten later waren het Visser en Van Vlerken die na 1:00:29 zij aan zij in tweede en derde positie de wissel naar het fietsen maakten. De vijfde zwemtijd werd neergezet door Corine Nelen (1:00:32). Marleen Honkoop (1:08:01) en Rachel Bellinga (1:09:15) hadden beduidend langer nodig voor het zwemonderdeel.
Tijdens het fietsen zetten Van Vlerken en Visser meteen de achtervolging in op Greig. Het eerste gedeelte was het met name Visser die het tempo maakte, met Van Vlerken zo’n twintig meter achter haar. Na 45 kilometer konden beide dames Greig inhalen. Van Vlerken toonde haar ambitie door het tempo op te voeren en weg te rijden van Visser. Met nog één fietsronde van 90 kilometer en de marathon te gaan, had Van Vlerken haar voorsprong op Visser en Greig uitgebouwd tot een kleine twee minuten. Corine Nelen, Rahel Bellinga en Marleen Honkoop bezetten respectievelijk de tiende, elfde en twaalfde plaats.
