In Nederland hebben we een behoorlijk aantal triathlons, maar ook triathlons in het buitenland zijn populair onder Nederlandse triatleten. We zien vaak een respectabele delegatie afgereisde Nederlandse triatleten op de startlijst in triathlons over de hele wereld. Een triathlon in het buitenland is onlosmakelijk verbonden met reizen, maar hoe kom je zo fit mogelijk op je bestemming? 

Ga uitgerust op reis
Het is cliché: slecht in is slecht uit, maar daarom niet minder waar. Als je niet fit en uitgerust aan de reis begint, kun je ook niet verwachten dat je fit en uitgerust op je bestemming aankomt. Autorijden, maar ook met het vliegtuig of met de trein reizen zijn inspannende activiteiten, ondanks dat je alleen zit. Zorg de nacht voor vertrek dus voor een goede nachtrust en drink in de voorgaande avond ook geen alcohol: dit verstoort de nachtrust. Zorg er daarnaast voor dat je tijdens de rit ook voldoende rust neemt, wissel indien mogelijk van bestuurder. Er wordt door de ANWB aangeraden na iedere twee uur rijden een kwartier rust te houden. Mocht je je alsnog oververmoeid voelen, kun je ervoor kiezen een powernap te nemen. Deskundig onderzoek in verschillende landen heeft aangetoond dat twintig minuten slaap tijdens een pauze het beste wapen is tegen oververmoeidheid. Langer slapen heeft geen zin, de slaap van de bestuurder is dan zo diep dat hij niet gemakkelijk meer uit de diepe roes kan komen en juist meer versuft achter het stuur zit.

Drink voldoende
De auto en het vliegtuig zijn veel gebruikte vervoersmiddelen op weg naar een race. Beiden zijn uitgerust met airconditioning, wat voor een droge lucht zorgt. Hierdoor verlies je ongemerkt vocht via de ademhaling. Het eerste dat je merkt is een droge mond of keel, maar dan ben je eigenlijk al te laat. Het is moeilijk te zeggen hoeveel je moet drinken om dit te voorkomen, alle mensen zijn ten slotte anders, maar een halve liter per uur is een goed uitgangspunt. Regelmatig een toiletpauze moeten inlassen is een teken dat je genoeg drinkt. Dit is goed te combineren met het kwartier rust dat na iedere twee uur rijden wordt aangeraden. 

(tekst gaat onder foto verder)  

Triatleet op reis: herkenbaar? (Foto: 3athlon.nl)

Let op je gezondheid
Als triatleet in het algemeen heeft je immuunsysteem het zwaar door de training, een lange reis is dan een extra klap. Ten eerste is de droge lucht zoals hierboven beschreven een aanslag op je immuunsysteem, maar ook de vermoeidheid die je opbouwt. Tel daar nog eens blootstelling aan een nieuwe omgeving en andere mensen bij op. Het zijn allemaal invloeden die ervoor kunnen zorgen dat je ziek kunt worden. Sommige dingen zijn te beïnvloeden, zoals voldoende drinken, maar andere dingen niet. In het vliegtuig bijvoorbeeld zit je met veel mensen in een kleine ruimte, waardoor eventuele ziekten zich makkelijker kunnen verspreiden. Wel of niet ziek worden heeft echter twee kanten: hoe sterk zijn de ziekteverwekkers aan de ene kant en hoe sterk is jouw afweer aan de andere kant. De kant van de ziekteverwekkers kunnen we niet beïnvloeden, maar de kant van de afweer wel. Zorg dat je gezond eet en voldoende vitamines binnen krijgt en neem rondom een reis zonodig vitamine preparaten, met name vitamine C.

Draag compressiekousen
De circulatie in de benen is deels afhankelijk van de zogenaamde spierpomp. Hiermee wordt bedoeld dat de terugstroom van vocht van de benen naar het lichaam deels afhankelijk is van spierbeweging van de benen. Wanneer je lang stil zit, in bijvoorbeeld de auto of het vliegtuig, dan valt dit weg. Hierdoor kan vocht dus niet meer optimaal van de benen naar het lichaam terug stromen. Het gevolg is dat het vocht zich door de zwaartekracht ophoopt rond het laagste punt: gezwollen onderbenen en met name voeten, ook wel oedeem genaamd. Hier hoef je je als gezonde triatleet geen zorgen over te maken, dit gaat vanzelf weg. Compressiekousen helpen dit te verminderen, waardoor je met frissere benen op je bestemming aankomt. 

Train tijdens je reis
Een lange reis is goed te doorbreken door iedere drie, vier uur een kleine training te doen. Na het plannen van je route op bijvoorbeeld Google Maps kun je kijken of de route langs een mooie locatie voert om te trainen, en zo nodig de route iets omleggen. Bij een trein- of vliegreis is dit vanzelfsprekend wat lastiger, al helpt het om bij lange reizen regelmatig op te staan en door de wagons, dan wel cabine te lopen. Tijdens een autoreis hoeven de trainingen niet lang of bijzonder te zijn, het gaat erom dat je even beweegt. Dit zorgt ervoor dat de circulatie weer even goed op gang komt en je ook mentaal even met iets anders bezig bent. Hierna kun je fris beginnen aan de rest van de reis.

In onderstaande afbeelding een voorbeeld van een autorit van tien uur die onderbroken is met twee korte rustige loop-traingen. 

Van Vichy naar Walchsee met korte ‘trainings-tussenstops’ in Rolle en Hard (Foto: 3athlon.nl)