Door wat de wijzigingen worden ingegeven is eigenlijk onduidelijk – zit de PTO echt in de problemen zoals via verschillende kanten wordt geroepen, óf blijft de organisatie gewoon op zoek naar verbeteringen? – maar duidelijk is dat de T100-series vanaf volgend jaar behoorlijk op de schop gaat.

Meest opvallend is dat mannen en vrouwen (profatleten, red.) gerouleerd en dus apart van elkaar zullen racen. Alleen dat al is opmerkelijk, want de keuze van Ironman om dat bij het WK te doen, kwam hen op veel kritiek te staan en zorgde ervoor dat die beslissing onlangs werd teruggedraaid en er vanaf volgend jaar juist weer gezamenlijk wordt geracet.

Profatleten hoeven vanaf volgend jaar veel minder verplichte T100-races te doen om aanspraak te maken voor een startbewijs in de T100 Finals. Daarnaast hoeven profatleten niet meer te rekenen op langdurige, vaste contracten. Alle profatleten – mannen en vrouwen – hoeven namelijk nog maar vier races in het seizoen te doen, waarvan de drie beste races worden gewogen voor het klassement: daar komt dan nog de finale bovenop. Volgens de PTO moet dit ervoor zorgen dat atleten minder verplicht zijn om aan zoveel mogelijk wedstrijden mee te doen. In de praktijk betekent dit feitelijk dat hen veel vrijer wordt gelaten om ook wedstrijden van andere organisaties mee te pakken; iets dat de laatste tijd al steeds vaker gebeurde, wat er dan weer in resulteerde dat de PTO moeite had om haar wedstrijden gevuld te krijgen en behoorlijk met wildcards moest strooien.

Het prijzengeld van de T100-series gaat vanaf volgend jaar omhoog: per wedstrijd valt meer geld te verdienen. Critici wijzen er nu echter al op dat met minder wedstrijden om uit te kiezen, het prijzengeld feitelijk eigenlijk op hetzelfde niveau blijft.