In voorbereiding op wat wel eens zijn laatste WK Ironman op Hawaii zou kunnen worden, neemt voormalig Wereldkampioen Ironman Sebastian Kienle ons mee terug naar zijn races op Kona in voorgaande jaren. Dit keer aan de beurt: 2015. “Ik was fit en agressief”, denkt hij terug aan de start. Alle ogen waren op Kienle gericht, want een jaar eerder zegevierde hij op Kona.
“Ik had het rustig aan gedaan tegen het eind van 2014”, vertelt Kienle over zijn voorbereiding. “Mijn achillespees was een soort van oké en ik kon redelijk goed trainen richting Kona 2015. Jan (Frodeno, red.) won het WK Ironman 70.3 dat jaar en ik werd tweede, maar Jan leek niet onverslaanbaar. Ik had met een zwemcoach – Jan Wolfgarten – hard aan mijn zwemmen gewerkt en de voorbereidingen voor Kona gingen goed.”
“Lubos (Kienle’s overall coach, red.) deed geweldig werk in de weken voor de race en ik had een paar van mijn beste sessies ooit. Ik was goed voorbereid voor een redelijk stressvolle wedstrijdweek; als je soms al verwacht dat iets gaat gebeuren, probeer je er niet meer omheen te komen. Ik zei bijna altijd tegen alles ‘ja’, waardoor een fijne taperweek een circus werd, maar ik deed weinig om het te voorkomen. Als ik destijds iets als een Whoop (een horloge dat inzicht geeft in je herstel, red.) had gehad, had ik daar veel baat bij. Nu weet ik hoeveel impact al die interviews en fotoshoots hebben. Ik sta nu eenmaal altijd ‘aan’ als er veel mensen om me heen zijn. Ik was zelfs aanwezig op de landenparade en stond push-ups te doen op een voertuig”, lacht Kienle.
Toen de race eenmaal van start ging, voelde het dan ook bijna als een opluchting. “Ik was fit en agressief. Ik haalde de eerste grote groep met het zwemmen en hoefde op niemand te wachten tijdens het fietsen. Na zo’n 50 kilometer fietsen, pakte ik Jan. Veel experts voorspelde dat ik hem die hele race niet zou gaan zien. Maar net zoals de hele week was ik te vrijgevig met mijn energie. Andere atleten hadden waarschijnlijk waardevolle lessen getrokken uit mijn winst in 2014. Ik had een schietschijf op mijn rug.”
Doordat Kienle al zo snel op kop kwam te rijden, raakte hij bijna in de war. “Ik twijfelde tussen twee opties: agressief blijven of me inhouden. Ik trok de groep een lange tijd voort. Toen ik begon aan het lopen was ik over de kook heen. Tot de dag van vandaag is de marathon in 2015 mijn langzaamste ooit (Kienle liep 3:06:08 uur, red.). Ik moest ook meerdere keren wandelen. Het is denk ik de enige keer geweest dat ik echt wandelde in een wedstrijd (behalve tijdens Xterra Maui). Ik was teleurgesteld dat ik zo weinig had gehaald uit wat een mooie kans had kunnen zijn. Ik finishte uiteindelijk als achtste; mijn slechtste resultaat op Kona.”