Zondag 28 mei was er het WK lange afstand in het Deense Fredericia. Na de voorbije wedstrijden hoopte ik daar een heel goed eindresultaat te behalen. De afstanden waren 15,6 km lopen, 90 km tijdrijden en 7,5 km lopen. Beide parkoersen waren lichtgolvend, maar er stond enorm veel wind (windstoten tot 70 km/h) wat het fietsen enorm hard maakte. Bovendien waren de weergoden ons niet echt goed gezind en kregen we er in het eerste deel van de wedstrijd nog wat regen bovenop. Met een temperatuur van circa 11 graden voelt dit toch vrij fris aan.
In het eerste lopen werd er al snel tempo gemaakt door Paul Amey (GBR) en Mark Bailey (NZL). Na een 5-tal km lopen liepen deze twee weg van een nog vrij omvangrijke groep met de meeste toppers. Na 7 km begon de groep toch uiteen te vallen en ik besliste ook om het iets rustiger aan te doen. De Spanjaard Javier Garcia en Benny liepen van mij weg. Ondertussen was alles uit elkaar aan het vallen en had ik enkel nog Dave Thompson (USA) en Alis Lanek (CZE) in mijn spoor. We kwamen de eerste wisselzone binnen met een achterstand van 50 seconden op Benny en 29 seconden op Garcia. Ik had mij zeker niet geforceerd in het eerste lopen en hoopte vrij snel het gat naar Garcia dicht te maken.
Daarna zat het mij echter niet mee! Onmiddellijk na de wissel merkte ik dat mijn achterwiel (vol wiel) plat stond. Ik had de dag voor de wedstrijd een speciaal soort schuim in mijn banden gedaan zodat de kans op platrijden quasi nihil is. Om terug wat meer druk op de tube te krijgen gebruikte ik een luchtbommetje (compressielucht), maar ik kreeg echter niet meer dan een 4-tal bar druk op de tube. Als je weet dat ik normaal een goeie 10 bar op deze tube steek, kan je wel voorstellen dat dit allerminst vlot fietst. Ondertussen kon ik al mijn concurrenten zien voorbijfietsen en in de verte verdwijnen.
Bij het plaatsen van de fiets in het wisselpark (voor de wedstrijd) kon je een paar wielen afgeven aan de organisatie, die dan ergens op het parcours werden geplaatst, zodat je in geval van nood van wiel kon wisselen. Deze “ wiel stop” moest zich bevinden na een 10 km fietsen, maar ik kon echter geen wielpost zien. Hierdoor raakte ik echter wat in paniek, want ik zag het niet echt zitten om de wedstrijd verder te doen met een half platte band. Desondanks haalde ik toch een aantal atleten terug bij en na 20 km fietsen kwam ik dan toch bij de wielpost. Ik had eigenlijk verwacht dat de wielen mooi gesorteerd zouden zijn per land en dat ik zo direct mijn wiel zou kunnen vervangen zonder al te veel tijd te verliezen. Maar dit was allesbehalve zo! Ik zag daar wel 30 paar wielen liggen die allemaal op elkaar lijkten (carbon wielen) en ik moest mijn wiel er maar tussenuit zoeken. Iedereen die ik terug had bijgehaald zag ik terug voorbijfietsen en ik zakte nog veel verder weg in de wedstrijd. Het enige positieve punt was dat ik mij veel beter voelde met het nieuwe achterwiel.
Van dan af aan begon mijn inhaalrace. Eerst hoopte ik nog top-8 te halen en tijdens de laatste fietsronde had ik zelfs al uitzicht op een vijfde plaats. De koude, regen en wind eiste duidelijk zijn slachtoffers. Toen ik in vijfde positie lag dacht ik dat het niet mogelijk was om nog dichter te eindigen, maar toen ik de tweede wisselzone binnenkwam hoorde ik Hans Cleemput roepen dat Javier Garcia in de strafbox stond wegens stayeren (dit betekent 90 seconden straftijd in de wisselzone) en dat Rob Woestenborghs slechts een 45-tal seconden voorsprong had. Toen ik begon aan het lopen voelde ik dat mijn voeten helemaal verkrampt waren door de kou en dat ik niet goed kon doorlopen. Ik had duidelijk de fout gemaakt van geen overschoentjes te gebruiken in het fietsen, zoals veel andere atleten. Toch liep ik die eerste loopronde een vijftien seconden sneller dan Rob. Mijn voeten kregen stilaan terug warm en ik kwam steeds beter in mijn tempo en op twee kilometer van de finish haalde ik Rob terug bij. Plots had ik terug uitzicht op die podiumplaats die ik mij voor de wedstrijd als doel had vooropgesteld.
Rob zat duidelijk doorzijn beste krachten heen want ik liep gewoon mijn zelfde tempo door, en hij kon nooit aanpikken. Uiteindelijk finishte ik heel tevreden op de derde plaats en haalde zo mijn eerste medaille binnen op een WK bij de elite. Uiteraard is het heel jammer dat ik niet de hele tijd vooraan in de wedstrijd heb kunnen strijden voor een podiumplaats, wie weet had er dan wel nog meer ingezeten. Maar dit zijn veronderstellingen die er achteraf niet toe doen! Voor de Belgen was het uiteraard een superdag, want we behaalden de eerste vier plaatsen. Dit zal wellicht nog vele jaren duren om dit nog eens over te doen.