De Norseman Extreme Triathlon is niet zomaar een triathlon over de lange afstand. Koud water, een parcours met veel hoogtemeters en wisselende weersomstandigheden maken van deze triathlon een nog grotere uitdaging dan de afstand op zichzelf al is. Andrea Jochems voltooide afgelopen weekend als hoogst geklasseerde Nederlandse de Norseman Extreme. ,,Het is de meest zware race die ik ooit heb gedaan, maar ook de allermooiste”, geeft Jochems toe.
Slechts 250 atleten die worden geselecteerd via loting mochten deelnemen aan het evenement. Jochems had het geluk dat ze meteen de eerste keer werd ingeloot. ,,Ik wilde iets aparts doen wat niet iedereen heeft gedaan”, vertelt Jochems die al meerdere ‘normale’ triathlons over de lange afstand volbracht. ,,Mijn trainer heeft twee jaar geleden meegedaan en was zo enthousiast, dat ik ook wel benieuwd was. Ik wilde deze mogelijkheid aangrijpen om iets unieks te doen, voordat ik daar te oud voor ben.”
Vanaf januari stond voor Jochems alles in het teken van de Norseman Extreme Triathlon. ,,Maar er komt meer bij kijken dan alleen de trainingen”, vertelt Jochems, doelend op massagebehandelingen en voeding. ,,In de laatste week heb ik ook nog in een hoogtekamer mogen trainen bij Ted Meeuwsen. Dat was het laatste zetje dat ik nodig had.”
De dag van de wedstrijd
In het Hardangerfjord werd 3,8 kilometer gezwommen in een watertemperatuur van 16 graden – relatief warm voor het fjord aan de zuidwestkust van Noorwegen. ,,Om vier uur ’s ochtends werden we met de veerpont het fjord in gebracht, waar we 3,8 kilometer later vanaf sprongen. Dit was één van de mooiste momenten van de race. Dat ik daar, met 249 anderen, middenin een fjord lag. Op het strand was een vuur gemaakt waar we naartoe moesten zwemmen.”
Bij de wissel nam Jochems uitgebreid de tijd om zichzelf af te drogen. ,,Dat zou ik normaal nooit doen, maar het was nu echt wel nodig om droge kleding aan te trekken”, vertelt Jochems, doelend op de lage temperaturen. ,,Het scheelde ook dat Rein, mijn vriend en begeleider, mij mocht helpen met afdrogen, waardoor het allemaal wat sneller ging.”
Het 180 kilometer lange fietsparcours ging over een lange rechte weg die werd onderbroken door een paar stevige klimmetjes. ,,Dat was ontzettend pittig, maar ik ging redelijk soepel bergop. Ik kon juist mensen inhalen die stuk gingen en op een gegeven moment keek ik zelfs uit naar de volgende beklimming.”
Het loopparcours begon vanuit een dal en kende opnieuw veel klimmen en dalen. Na 32 kilometer was de cutoff – het moment waarbij de deelnemers werden gesplitst in twee groepen: zwarte shirts voor de eerste 160 deelnemers die bovenop de Zombie Hill mochten finishen en witte shirts voor de overige deelnemers die hun race via een alternatieve, minder extreme route mochten beëindigen.. ,,Ik wilde heel graag een zwart shirt. Dat je bovenop de Zombie Hill mag finishen is het summum. Daar heb ik een heel jaar voor getraind, een wit shirt zou een deceptie zijn geweest”, vertelt Jochems die met haar 40e plaats zelfs nog een ruime marge had om bovenop de Zombie Hill te finishen. ,,Ik had tegen Rein gezegd dat ik de hele wedstrijd precies wilde weten wat mijn plek was. Toen ik als 45e aan het looponderdeel begon, wist ik dat het moest lukken.”
Nadat bleek dat Jochems haar weg naar de top mocht vervolgen, kreeg ze ondersteuning van Rein die haar zou begeleiden naar de finish. ,,Die laatste kilometers waren zwaar. Het was onmogelijk om te rennen over het rotspad. Ik was moe, mijn energie was op en ik had voor het eerst honger.”
Verzorging moesten de atleten zelf regelen en Jochems had dan ook een rugzakje met de meest essentiële items bij zich. ,,Daar zaten warme kleding, handschoenen, een muts, eten en drinken, geld, een telefoon en een lampje in”, somt Jochems op. ,,Uiteindelijk heb ik alleen de voeding, een jasje en handschoenen nodig gehad.” Tijdens de wedstrijd kreeg Jochems namelijk te maken met uiteenlopende temperaturen. ,,Op de hoogvlaktes kon het behoorlijk waaien. Verder naar het dal werd het juist warmer en liep de temperatuur op tot 22 graden. Richting de top was het slechts 10 graden en regende het.”
In een divers landschap met hoogvlaktes, bossen, rotspartijen en watervallen was Jochems ook enorm aan het genieten. ,, Aan de ene kant is het heel primitief en staan er houten bakjes in het parc fermé waar je je fiets in moet zetten – niets vergeleken bij een Ironman of Challenge – maar het landschap waar je doorheen beweegt en de uitdaging van het evenement zijn uniek”, vertelt Jochems. ,,Kijk om je heen en geniet ervan, zei ik soms even tegen mezelf. Al werd dat naar het einde toe steeds moeilijker.”
Om te finishen moesten de atleten een trap beklimmen. ,,De laatste paar treden waren zo bijzonder. Samen met mijn vriend liep ik naar de finish. Dat we die laatste paar kilometer samen hebben kunnen beleven en deze ervaring kunnen delen, maakt het nog mooier.” Uiteindelijk kwam Jochems na 12:32:43 uur als zesde vrouw (41e overall) over de finish.
De race was zwaar, maar de dag vòòr de wedstrijd vond Jochems misschien nog wel het zwaarst. ,,Ik was onwijs zenuwachtig, prikkelbaar, gestresst en onzeker of ik het wel zou halen en aan mijn eigen verwachtingen kon voldoen. Ik wist dat ik er alles aan had gedaan en aan de voorbereiding zou het niet liggen, maar het moest er wel uitkomen”, vertelt Jochems die nooit had verwacht zo ver voorin het veld te eindigen.
Ondanks dat het haar zo goed af ging, zal Jochems toch niet snel weer deelnemen aan zo’n extreme wedstrijd. ,,Dit heeft veel van mijn hele omgeving gevergd. Fysiek, mentaal en financieel is het een hele investering geweest. Het zou egoïstisch zijn om volgend jaar weer mee te doen, dus ik denk dat ik hier even bij houd”, besluit Jochems.