Met slechts vijf atleten bleven ze de onder de 10 uur en geen een van hen slaagde erin om onder de 9 uur te blijven. De Ironman van St-George in Utah zal de boeken ingaan als één van de zwaarste volledige triatlons ooit. Met windsnelheden van om en bij de 70 km/uur moest de organisatie al heel wat atleten uit het woelige en golvende zwemwater halen. Op de fiets werd het er alleen maar erger op. Groot is dan ook ons respect voor Axel Zeebroek die in deze demonische omstandigheden beslag legde op de derde plaats. Hij vervolledigde de 3,8 km zwemmen, 180 km fietsen en 42 km lopen in 9:35:33. Alleen Ben Hoffman (VS; 9:07:04) en Mike Twelsiek (Duitsland; 9:25:58) waren sneller in de loodzware wedstrijd die een chaotische zwemstart kende.
Sterke zwemmer Axel kwam in St. George met de kopgroep uit het gevaarlijk golvende water (honderden niet-professionele deelnemers werden uit het water gevist wegens te gevaarlijk). Hij kon als tweede, na Thurston, beginnen fietsen. Na een paar kilometer nam Axel de leiding, maar Twelsiek en Hoffman kwamen al snel opzetten. In de eerste helft van het winderige en steile fietsparcours vormden zij een kopgroep van drie, maar toen moest Axel Hoffman en Twelsiek laten gaan. Aan het begin van de marathon bevond Axel zich nog steeds in derde positie, maar wel met 17 minuten achterstand op Hoffman. Axel kon nog een tiental minuten goedmaken op een wegdeemsterende Twelsiek, maar kon uiteindelijk niet verder opschuiven binnen de top-drie.
“Oh la la! Hell in the swim. Hell on the bike. Hell in the run.” Axel was meteen na de wedstrijd nog onder de indruk van wat hij zijn zwaarste Ironman ooit noemde: “Het was van de eerste tot de laatste minuut immens zwaar. Het begon in het zwemmen. Door de hoge golven werd je helemaal door elkaar geschud. En vaak zag ik de boeien niet waardoor recht zwemmen onmogelijk werd. Ik was blij dat ik uit het water was, tot ik doorhad hoe hard het waaide. Het voelde aan als 50/60 km per uur. Op hellingen recht op je pedalen staan met windvlagen in je zij was bij momenten echt gevaarlijk. Ik denk dat ik op sommige stukken 10 kilometer per uur ging. Ik had naar het einde toe geen enkel idee van wat mijn achterstand op de eerste twee en mijn voorsprong op de rest was. Maar het feit dat ik in derde positie zat, deed me wel doorzetten en vervolgens goed doorlopen in de marathon. Toen had ik ook door dat ik aan het inhalen was op Twelsiek. Ik heb in de tweede ronde alles op alles gezet om hem bij te halen en ben vrij dicht geraakt, maar toen was het gedaan. De laatste 10 kilometer was ik helemaal op. Ik ben echt blij dat de wedstrijd erop zit. En ik ben naar hier gekomen met top-drie als doel, dus ik zit goed op schema voor kwalificatie voor Hawaï. Nu is het een kwestie van goed uit te rusten zodat ik met een goeie Ironman Nice in juni dat ticket voor Kona kan veilig stellen.”
Bij de pro-vrouwen was de Amerikaanse Meredith Kessler de snelste (10:12:59). Jessie Donavan (VS; 10:37:30) en Ulli Bromme (VS; 10:53:20) vervolledigden het podium.
Sterke zwemmer Axel kwam in St. George met de kopgroep uit het gevaarlijk golvende water (honderden niet-professionele deelnemers werden uit het water gevist wegens te gevaarlijk). Hij kon als tweede, na Thurston, beginnen fietsen. Na een paar kilometer nam Axel de leiding, maar Twelsiek en Hoffman kwamen al snel opzetten. In de eerste helft van het winderige en steile fietsparcours vormden zij een kopgroep van drie, maar toen moest Axel Hoffman en Twelsiek laten gaan. Aan het begin van de marathon bevond Axel zich nog steeds in derde positie, maar wel met 17 minuten achterstand op Hoffman. Axel kon nog een tiental minuten goedmaken op een wegdeemsterende Twelsiek, maar kon uiteindelijk niet verder opschuiven binnen de top-drie.
“Oh la la! Hell in the swim. Hell on the bike. Hell in the run.” Axel was meteen na de wedstrijd nog onder de indruk van wat hij zijn zwaarste Ironman ooit noemde: “Het was van de eerste tot de laatste minuut immens zwaar. Het begon in het zwemmen. Door de hoge golven werd je helemaal door elkaar geschud. En vaak zag ik de boeien niet waardoor recht zwemmen onmogelijk werd. Ik was blij dat ik uit het water was, tot ik doorhad hoe hard het waaide. Het voelde aan als 50/60 km per uur. Op hellingen recht op je pedalen staan met windvlagen in je zij was bij momenten echt gevaarlijk. Ik denk dat ik op sommige stukken 10 kilometer per uur ging. Ik had naar het einde toe geen enkel idee van wat mijn achterstand op de eerste twee en mijn voorsprong op de rest was. Maar het feit dat ik in derde positie zat, deed me wel doorzetten en vervolgens goed doorlopen in de marathon. Toen had ik ook door dat ik aan het inhalen was op Twelsiek. Ik heb in de tweede ronde alles op alles gezet om hem bij te halen en ben vrij dicht geraakt, maar toen was het gedaan. De laatste 10 kilometer was ik helemaal op. Ik ben echt blij dat de wedstrijd erop zit. En ik ben naar hier gekomen met top-drie als doel, dus ik zit goed op schema voor kwalificatie voor Hawaï. Nu is het een kwestie van goed uit te rusten zodat ik met een goeie Ironman Nice in juni dat ticket voor Kona kan veilig stellen.”
Bij de pro-vrouwen was de Amerikaanse Meredith Kessler de snelste (10:12:59). Jessie Donavan (VS; 10:37:30) en Ulli Bromme (VS; 10:53:20) vervolledigden het podium.
Volledige resultaten van de Ironman St. George: http://www.ironmanlive.com/