Tim Wolvetang fietst de komende maand van Carlsbad (Californië) naar Central Park in New York. Bijna 30 dagen lang, gemiddeld zo’n 230 kilometer per dag en dan hebben we het nog niet eens over de hoogtemeters die hij onderweg zal afleggen. Helemaal alleen en dan ook nog eens voor het goede doel. De komende maand vind je hier één keer per week – in blogvorm – een samenvatting van zijn avonturen en alles dat hij onderweg meemaakt. En natuurlijk trekt hij daarbij parallellen naar de triathlonwereld.

Tussen 19 september en 17 oktober fiets ik van Carlsbad (California) naar Central Park in New York City. Een extreme tocht die voor veel uitdagingen zorgt. Veel van deze uitdagingen vind je ook terug in de triathlonsport. Denk hierbij vooral aan de fysieke en mentale uitdagingen die zich bij zo’n tocht voordoen: hoe houd ik het zo lang vol? Kan ik dit wel? De komende vier weken neem ik jullie mee tijdens mn tocht en bespreek ik de fysieke en mentale uitdagingen waar ik voor kom te staan.
Een goede voorbereiding is het halve werk, maar hoe doe je dat voor 6400 kilometer fietsen in 28 dagen? je gaat niet ineens de helft ter voorbereiding fietsen, toch? Zelf ben ik niet vies van lang en hard trainen en heb ik vooral in de winter een aantal fietstochten dik boven de 300 kilometer gereden. Naarmate ik dat vaker deed gingen me een aantal dingen opvallen: hoe beter ik at en dronk tijdens deze tochten, hoe beter ik me de dag erna voelde. Wellicht een open deur, maar wel gelijk de eerste hint voor mijn tocht door de USA: goed eten en drinken tijdens en na het fietsen Er zijn geen rustdagen, dus alles moet in één keer goed.
In de praktijk blijkt natuurlijk alles anders. De eerste dag is meteen een hele zware: 232 kilometer met krap 4000 hoogtemeters, waarbij het eindpunt ook nog eens ruim 2000 meter hoger ligt dan de start. Je kunt erover discussiëren of het verstandig is om meteen de zwaarste rit aan het begin te doen, maar voor mij is dat mentaal wel het beste: alle volgende dagen gaan makkelijker worden! Maar het heeft ook z’n nadelen. Geheel tegen de ongeschreven regel in dat je nooit iets nieuws moet gebruiken voor je grote wedstrijd, heb ik de dag van tevoren een Canyon Grail gehad. Na enig inrijden en afstellen op zich in orde, maar bij een nieuwe fiets blijf je in het begin altijd afstellen, zo ook nu, tijdens de eerste rit. Gelukkig heb ik de tijd, maar voor een race écht een afrader.
(tekst gaat verder onder foto)

Mentaal was voor mij de eerste dag best wel lastig, want de bekende vragen komen dan naar boven: kan ik het wel? Gaat het wel goed? Wat nou als … Waarschijnlijk bekende vragen voor iedere triatleet die aan de start van de eerste race staat. Hoewel ik de hele dag op de fiets heb gezeten en alle tijd heb gehad om na te denken, ben ik niet tot een echt antwoord gekomen. Mijn benadering is simpel: gewoon doen en zien waar het schip strandt. Wanneer je goed hebt voorbereid, komt het wel goed. Het is onmogelijk om alles tot in de puntjes te plannen, de kans dat het precies zo lukt als dat je in gedachten hebt is vrij klein. Net als bij een triathlon heb ik een hoofdplan gemaakt waarvan ik de rode draad volg – zoals bijvoorbeeld de route – maar gedurende de dag gebeuren er veel onverwachte dingen. Gelijk in de eerste paar uur: weg afgesloten. Dan maar omleiding volgen. Daarnaast een lekke band gehad, maar dit net even wat secuurder aangepakt dan dat ik thuis zou doen. Normaal neem ik er genoegen mee als ik de oorzaak van het lek heb gevonden, maar ik kan het me niet permitteren om in de middle of nowhere zonder nieuwe binnenband of plakmateriaal te komen staan. Na grondige controle vond ik dan ook niet één, maar drie doornen in mijn band. Daar ben ik goed weggekomen dus!

Dan nog de grote vraag wat je eet tijdens zo’n rit. Tijdens een triathlon is dat al lastig genoeg, want welke sportvoeding neem je? Ik heb er voor gekozen om helemaal geen sportvoeding mee te nemen, op een aantal koolhydraatblokken na voor geval van nood. De reden hiervoor is dat ik lang en langzaam ga fietsen, waardoor ik helemaal niet in de zones kom waarbij je veel koolhydraten verbrandt. Voor een race is dat natuurlijk anders, dan vul je continu je koolhydraten aan met sportvoeding om ervoor te zorgen dat je in een zo hoog mogelijke inspanningszone kunt blijven sporten. Dit lost gelijk ook het logistieke probleem op: ik rijd van tankstation naar tankstation en hier en daar ook nog door de McDrive. Het gave van de Verenigde Staten is dat ze bij ieder menu erbij moeten zetten hoeveel calorieën erin zitten, dus natuurlijk kies ik de menu’s met de meeste calorieën. Die worden sowieso verbrand!
Via www.wolvetang.com kun je mijn rit dagelijks volgen! Volgende week een tweede samenvatting op 3athlon.nl.