“Iets waar ik moeite mee heb sinds ik ben begonnen met triathlon, is mijn gewicht. Niet omdat ik per se te dik ben, want dat is niet zo, maar ik draag wel veel spier met me mee. Stereotypisch, als je naar triatleten kijkt, zijn ze vaak dun en klein. Ik dacht dus dat ik mijn gewicht omlaag moest brengen om goed te zijn in triathlon, maar Kristian Blummenfelt heeft dat idee uit mijn hoofd gehaald.”
Terwijl altijd de opvatting bestond dat zwaardere atleten het door het gewicht dat ze met zich meedragen lastiger hebben tijdens het lopen óf met klimmetjes op de fiets, laat Kristian Blummenfelt ons de afgelopen maanden zien dat je ook de beste triatleet ter wereld kunt zijn als je niet extreem licht en smal bent. Triatleet Josh Lewis laat op zijn YouTube kanaal weten wat dat voor hem betekent.
“Ik zeg niet dat hij dik is”, zegt hij over Blummenfelt. “Al wordt vaak in reacties op social media en zelfs in de chatbox van de Ironman livestream gezegd dat hij te dik is om triathlon te doen… dat is onzin, want hij heeft net de Olympische Spelen gewonnen en het WK Ironman, maar hij laat mij wel zien dat je niet heel miniatuur hoef te zijn om goed in triathlon te zijn”, aldus Lewis. “Dan heeft Blummenfelt overigens wel het geluk dat hij een extreem hoge Vo2-max heeft – ergens in de 90 – en hij traint natuurlijk goed. Blummenfelt traint al jaren volgens een wetenschappelijk programma”, nuanceert hij. “Maar het is gewoon wel zo dat Blummenfelt triatleten heeft laten zien dat je veel spiermassa kunt hebben en niet een heel laag vetpercentage nodig hebt om goed te zijn in zwemmen, fietsen en rennen. Dat is een gezonde bevestiging.”
Het zette Lewis dan ook aan het denken over zijn eigen aanpak. “Waarom ben je altijd op zoek naar marginale winst terwijl er op ander vlak nog veel grotere winst valt te behalen. Ik hoef het niet te zoeken in die kleine vetpercentages verschil; dat probeerde ik eerder eens, maar ik heb gewoon een grote omvang; ik kan dat niet teveel omlaag brengen, dan functioneert mijn lichaam minder goed.”