Eén keer eerder werd ze tweede bij Challenge Almere-Amsterdam – toen, in 2018, achter landgenote Yvonne van Vlerken – en de afgelopen drie jaar kon ze niet meedoen. Een paar keer paste het niet binnen haar programma, maar vorig jaar werd ze in de nacht voor de wedstrijd ziek en moest ze een uur van tevoren besluiten niet van start te gaan. Het was een bittere pil voor Els Visser, die toen ook als favoriet werd gezien. Nu is de Nederlandse topatlete klaar voor de race, waarin ze op 9 september van start gaat als misschien wel de grootste favoriet.
Van zichzelf zal ze het niet zeggen, maar tegelijkertijd erkent Visser wel dat ze op z’n minst één van de favorieten is. “Maar ik heb verder nog niet echt naar het startveld gekeken. Ik kijk eigenlijk nooit – en dat doe ik bewust niet – naar de concurrentie. Tot het laatste rondje van het hardlopen draai ik volledig mijn eigen race en hoef ik verder niks te weten over mijn tegenstanders. Onderweg vraag ik nooit om tussentijden. Pas in de laatste kilometers wil ik weten hoe het er voor staat en kan er eventueel nog geracet gaan worden om posities.”
‘Het gaat om zo hoog mogelijk finishen’
Visser kijkt ook niet zo zeer naar tijden, zoals bijvoorbeeld het parcoursrecord van Sarissa de Vries. Zij werd in 2021 Wereldkampioen in Almere en noteerde toen een haast buitenaardse 8:32:05. “Die tijd is écht scherp. Ik geloof dat mijn snelste tijd nu op 8:50 staat en ik weet dat ik er op alle disciplines nog wel wat vanaf kan snoepen. Maar uiteindelijk gaat het niet om een tijd, maar om het zo hoog mogelijk finishen. En ik wil vooral een race draaien waar ik zelf trots op ben.”
Visser zal de race in ieder geval volle bak invliegen, al weet ze wel dat ze vrijwel zeker met achterstand uit het water zal komen. Zwemmen is tenslotte niet haar sterkste onderdeel. “Dan hoop ik op de fiets sterk te zijn, zodat ik zo snel mogelijk in de wedstrijd kan meedoen. Het parcours ligt mij wel. Van mij mag het een zwaar fietsonderdeel worden, want dat kan in mijn voordeel werken. Wel hoop ik dat het droog is en niet heel koud. Maar goed, ik denk dat iedereen dat wel heeft. En ik hoop dat ik kan laten zien waar ik voor getraind heb.”
‘Ik hoop dat ik die energie in Almere ga voelen’
Die drang voelt Visser misschien nog wel meer omdat ze uitgerekend in eigen land als één van de grootste favorieten, waarschijnlijk zelfs dé favoriet, wordt gezien voor de overwinning en dus de Europese titel Long Distance. “Dat is echt heel speciaal. Ik had het in Nieuwkoop al (waar Visser een paar maanden geleden een halve deed en won, red.); ik merkte dat mensen het echt leuk vonden en waardeerden dat ik daar meedeed. Ik hoop dat ik die energie in Almere ga voelen en dat mensen het tof vinden dat wij daar als Nederlandse profatleten aan de start staan”, doelt ze niet alleen op zichzelf, maar ook op de andere Nederlandse afgevaardigden. “In eigen land racen, en dan zeker in Almere, is echt wel iets speciaals. Dat is de reden dat we Almere nu ook écht op mijn racekalender hebben gezet. Ik wilde deze wedstrijd niet nog een keer missen.”