“Mensen zeggen wel eens ‘wat naar dat je over de kop bent geslagen met het paard’. Natuurlijk, dat ís hartstikke naar, maar net zo naar als wanneer je met de auto een ongeluk krijgt. Als je een auto-ongeluk hebt gehad, stap je ook snel weer in de auto.” En zo bleef Margret IJdema dan ook betrokken in de door haar zo geliefde paardensport, maar er is een andere sport die haar aandacht tegenwoordig nog meer opslokt: triathlon.

IJdema kwam in 2000 hevig ten val toen haar paard struikelde. Een ongeluk dat haar leven compleet overhoop gooide. Ze kwam – dankzij een dwarslaesie – in een rolstoel terecht en het leek erop dat haar kinderwens nooit in vervulling zou gaan. IJdema’s altijd positieve instelling liep een flinke deuk op, maar veerde later net zo hard weer terug. IJdema leerde niet alleen leven met een beperking, ze leerde ook absoluut alles uit dat leven te halen. Zo ontdekte ze in 2016 de triathlonsport en besloot ze kort daarna voor het hoogst haalbare te gaan: de Paralympische Spelen van Tokyo. Dit alles nadat haar grootste droom – moeder worden – in 2004 toch werkelijkheid werd. 

‘Ik heb tijd nodig gehad om alles weer op de rit te krijgen’

“In 2002 werd ik door Bas de Bruin aangesproken of het niet wat voor mij was om iets in de sport te gaan doen, want ik was altijd wel sportief geweest en heb veel renpaarden getraind. Ik was competitief ingesteld. Maar, eerst kwam de kinderwens boven borrelen. Daar hebben we hard aan gewerkt.” In 2004 en 2006 zette IJdema samen met haar man Patrick twee dochters op de wereld. “Dat heeft veel van mijn lichaam gevergd”, legt IJdema uit. “Ik heb tijd nodig gehad om alles weer op de rit te krijgen.” Toen dat eenmaal was gelukt, besloot IJdema dat het weer tijd was om veel energie in de sport te steken. “In 2016 ben ik echt begonnen, maar daarvoor heb ik wel altijd al gefietst en gezwommen. Vanaf 2000 werd dat natuurlijk handbiken, dus dat kende ik. Maar ‘wheelen’ was voor mij wel een hele nieuwe tak van sport.” 

‘Daar word ik blij van’

IJdema had dan ook even nodig om aan deze discipline te wennen. Wat aanpassingen aan haar positie zorgden er uiteindelijk voor dat ze het onderdeel helemaal eigen maakte. “Ik werd steeds fanatieker en in 2017 deed ik voor het eerst een EK mee, in Kitzbühel. Daar werd ik gelijk vierde, dus dat smaakte wel naar meer.” IJdema ging steeds meer trainen en leerde de fijne kneepjes van het vak. Als voormalig paardentrainer had de atlete veel interesse in alle randzaken die erbij komen kijken om een lichaam zo goed mogelijk in vorm te krijgen. “Je zit altijd net boven je ‘max’ te werken. Maar dat is gaaf; ik hou van puzzelen en word er blij van als ik daar energie in mag steken.” 

Paralympische droom: ‘Daar zat veel werk in’

In 2017 ontstond daar langzaam die Paralympische droom: “Toen kwam het idee opborrelen en dan moet je ook al snel beginnen met het verzamelen van punten.” Toch was IJdema – in tegenstelling tot haar coach – er niet direct van overtuigd dat Tokyo haalbaar was: “Ik moest natuurlijk van alle drie de facetten nog een hoop leren, dus daar zat veel werk in. Dat werd heel veel uren trainen, puzzelen en goed luisteren naar de coach, en dat heeft ertoe geleid dat ik nu eigenlijk wel zeker ben van een plekje op de Paralympische Spelen”, spoelt IJdema vooruit. Dat was zeker geen makkelijke weg, want om je te kwalificeren moet je mee doen aan de grote races. En, om mee te doen aan de grote races, moet je hoog in de ranking staan. “Dat is altijd wel lastig. Maar tijdens mijn laatste (grote, red.) wedstrijd in Australië, dacht ik wel ‘nu kunnen ze mij eigenlijk niet meer voorbij’. Dat was in februari 2020, in Tasmanië. De eerste en achteraf gezien laatste wedstrijd van het jaar, want direct na de wedstrijd ging alles dicht door het coronavirus”, vertelt IJdema. 

Tekst gaat verder onder afbeelding

IJdema en haar gezin. (Foto: Passievoorfotos.nl | Saskia van Tooren)

‘Ik twijfel helemaal niet of het doorgaat’

IJdema racete de rest van vorig jaar dan ook niet. Het trainen ging natuurlijk onverstoord verder. “Ik kan niet wachten tot ik weer écht kan ontploffen in een wedstrijd”, lacht IJdema. Die eerstvolgende wedstrijd is in mei in Yokohama en daarna staan de Spelen op het programma. IJdema heeft er nog alle vertrouwen in: “Ik twijfel er helemaal niet aan of het doorgaat. En ik heb goed door kunnen trainen afgelopen jaar. Ik ben tevreden over hoe het gaat en voel me fit, maar ik heb me natuurlijk niet kunnen meten met de internationale dames. 15 mei kunnen we het testen in Yokohama. Daar staan eigenlijk alle toppers wel aan de start.” 

‘Ik ga voor goud’

En met die atleten zal IJdema zich moeten kunnen meten, want haar Paralympische droom reikt verder dan slechts deelname: “Ik ga voor goud. Ik ga blind de race in en hoop te pieken op het juiste moment. Dat zou wel vet gaaf zijn. Ik wil mezelf verder niet op de borst kloppen en zeggen ‘zie mij eens goed zijn’, want ik ben niet zo’n haan, maar ik voel me wel gewoon heel goed.” 

‘Dat doet me meer dan welke medaille dan ook’

Overigens is die gouden medaille niet het allerbelangrijkste voor IJdema. Dat is het inspireren en helpen van mensen die in een vergelijkbare situatie zitten als IJdema in 2000 zat. “In het revalidatiecentrum was ik de eerste jaren niet één van de gezelligsten. Dan vertellen mensen, die daarvoor geleerd hebben, dingen als ‘waar één deur dicht gaat, gaat een andere deur open’, maar uiteindelijk gaan zij zelf gewoon weer naar huis en bleef ik in mijn bed liggen. Het drong niet echt tot mij door.” Dat is anders wanneer iemand hetzelfde heeft meegemaakt: “Ik denk dat je als ervaringsdeskundige mensen goed kunt helpen om terug op het juiste pad te komen. Ik vind het heel fijn als ik daar wat in kan betekenen. Dat doet me meer dan welke medaille dan ook…dat vind ik het echte goud.”