Het was voor de Nederlandse kijkers thuis en de Nederlanders langs het parcours geweldig om te zien dat Niek Heldoorn gisteren, tijdens het WK Ironman in Nice, in de kopgroep uit het water kwam. Dat was voor hem zelf ook genieten, maar het werd nog mooier toen hij in de openingsfase van het fietsen zelfs even aan de leiding reed. “Ik had er kippenvel van. Op een gegeven moment heb je zoiets door en denk je: ‘Jezus Christus, wat gebeurt me hier?’ Ik zag mijn vader langs de kant en die wist ook niet meer wat hij met zichzelf aan moest.”
We spreken Heldoorn de ochtend na zijn prachtige vijftiende plaats die hij gisteren behaalde – en waarmee hij precies zijn doelstelling behaalde – en natuurlijk voelt hij zijn hele lichaam. “Ik leef nog half”, lacht hij. Het mag ook geen wonder zijn, want hoe mooi het fietsonderdeel ook begon, al snel kreeg Heldoorn daar een groot probleem te verwerken. “Na ongeveer tachtig of negentig kilometer zou er een special needs post zijn, maar die was heel slecht aangegeven. Daardoor miste ik hem. Toen heb ik mijn halfvolle bidon naar achteren verplaatst en mijn lege bidon naar voren, zodat ik die bij de eerstvolgende drankpost kon vervangen. Maar, vanuit een automatisme gooide ik toen toch mijn achterste – en dus halfvolle – bidon weg. En ik miste ook nog eens de nieuwe bidons, dus ik heb toen een half uur zonder drinken en koolhydraten gezeten. Op de fiets voel je dat nog niet heel erg, behalve dat ik uitgedroogd was, maar tijdens het lopen begon dat natuurlijk te tellen”, kijkt hij terug op de run waar de temperaturen opliepen tot ver boven de dertig graden.
Onderonsjes met Frodeno
Eerst nog even terug naar dat fietsonderdeel, want daar gebeurden net zo goed magische dingen voor Heldoorn. Vorige week liet hij nog optekenen het tof te vinden onderdeel uit te maken van de laatste race van Jan Frodeno en uiteindelijk maakte hij er ook écht een wezenlijk onderdeel van uit. Al vroeg in de wedstrijd ging Heldoorn de Duitser, op een klim, voorbij en was er zelfs een onderonsje tussen de twee. “Dat was mooi, maar ik had al wel snel door dat hij een slechte dag had. Normaal gesproken zou Jan prima mee kunnen. Ik wist toen al dat ik best wel eens voor hem zou kunnen finishen.” Een paar uur later zou Heldoorn daarin inderdaad gelijk krijgen.
Uitputtingsslag
Het WK Ironman in Nice bleek uiteindelijk een ware uitputtingsslag, voor eigenlijk alle deelnemers. Binnen het profveld ontstonden al vroeg in de race enorme verschillen en op de finish was die soms opgelopen tot uren. “Heel veel mannen hebben op de eerste klim gaten proberen dicht te rijden, maar daarmee hebben ze zichzelf over de kop gereden. Eenmaal boven op het plateau was het een stuk frisser, maar toen we weer richting Nice afdaalden, voelde je het bijna per kilometer warmer worden. Als je dan al gaargekookt bent, heb je een probleem.”
‘Ik kan nu zeggen dat ik hier echt thuis hoor’
Het was iets dat Heldoorn ook al in aanloop naar de race voorspelde – namelijk dat veel toppers zichzelf wel eens zouden kunnen opblazen – en hij hield zich zo goed mogelijk aan zijn eigen plan. Het leverde hem, ondanks het missen van zijn drinken/voeding, een meer dan degelijke marathon op en uiteindelijk dus de vijftiende plaats in 8:32:33. “Om te zeggen dat ik wereldtop ben, is nog te vroeg. Wat de snelste mannen lieten zien, is natuurlijk belachelijk goed en echt weer een nieuw niveau van triathlon. Maar, ik zat echt in de wedstrijd, kwam met de kop uit het water en zonder mijn fouten op de fiets had ik nog beter kunnen lopen. Ik kan dus écht zeggen dat ik hier thuis hoor.”