Laura Lindemann won de WTCS-race in Hamburg, maar daar zal Quinty Schoens niet mee bezig zijn geweest: tijdens haar debuut op dit hoogste niveau werd ze zojuist 22e. Vooral tijdens het lopen deed ze goede zaken. Rani Skrabanja zakte juist een beetje weg tijdens dat lopen en werd 26e. Barbara de Koning, ook bij haar debuut, werd 31e.
In een bewolkt Hamburg was het Summer Rappaport die het snelste zwom en dat het hard ging bleek wel toen de Amerikaanse haar 750 meter afwerkte in iets meer dan negen minuten. In haar voeten kwamen vervolgens alle dames uit het water, waarbij Rani Skrabanja eens te meer liet zien een goede zwemster te zijn: de gaf slechts twaalf seconden toe en lag daarmee mooi voor in het veld. Ook Barbara de Koning, die haar debuut in een WTCS maakte, zwom sterk en kwam kort achter Skrabanja uit het water, slechts zeventien seconden na Rappaport. Quinty Schoens, die net als De Koning voor het eerst van start ging bij een WTCS, gaf 39 seconden toe tijdens het zwemmen.
Op de fiets ontstonden aanvankelijk verschillende kleine groepjes, waarbij alle dames op zoek gingen naar een goede positie. Uit die zoektocht ontstonden uiteindelijk twee grote groepen; een kopgroep en logischerwijs een achtervolgende groep. In die kopgroep kwam Skrabanja te rijden, terwijl De Koning op een haar na – en ondanks verwoede pogingen nog naar voren te rijden – de boot miste en terugzakte naar de achtervolgende groep. Daar kwam ze ook Schoens tegen, die dus ook in die achtervolgende groep fietste. Halverwege het fietsonderdeel, na tien kilometer dus, reed die achtervolgende groep op ongeveer dertig seconden achterstand. In de laatste tien kilometer liep die achterstand uiteindelijk maar een heel klein beetje op: met 43 seconden achterstand begon de achtervolgende groep aan de afsluiteinde vijf kilometer hardlopen.
Tekst gaat verder onder afbeelding
Tijdens de run bleek al snel dat Skrabanja moeite had met het looptempo van de kopgroep en dus zakte ze al in de eerste meters naar achteren. Vooraan was het juist de Duitse Laura Lindemann die er flink aan trok en er zo voor zorgde dat de hele kopgroep uit elkaar viel. Tegelijkertijd was het Rappaport die, na een hele slechte wissel, waardoor ze zo’n beetje als laatste atlete uit de kopgroep aan het lopen begon, langzaam maar zeker naar voren oprukte.
Nog voor de helft van de vijf kilometer slaagde ze daar daadwerkelijk in en na 2.5 kilometer was het een kopgroepje van vier – naast Lindemann en Rappaport ook Nicole van der Kaay en Zsanett Bragmayer – dat als eerste doorkwam. Skrabanja volgde als negentiende, op 47 seconden achterstand. Schoens zat daar niet ver meer achter, kwam als 25e door en had een achterstand van 1:05 minuut. Daar weer niet ver achter volgde De Koning als dertigste, op 1:20 minuut.
In de laatste twee kilometer was het Bragmayer die als eerste moest lossen bij het kopgroepje en zo bleven Lindemann, Rappaport en Van der Kaay nog een tijdje naar elkaar kijken. Het was Rappaport die constant het tempo bepaalde en het sterkst oogde. Met nog een paar honderd meter te gaan was het echter, nadat Rappaport al was versneld, Lindemann die nog eens versnelste en een klein gaatje pakte. Ze keek nog een paar keer achterom, was niet zeker van haar zaak, maar was toch sterk genoeg voor de overwinning. Daarachter pakte Van der Kaay en zilver en moest Rappaport genoegen nemen met het brons.
Schoens sloot de race af met een uitstekend looponderdeel, ging voorbij aan Skrabanja en eindigde de wedstrijd uiteindelijk als 22e, 1:26 minuut achter de winnares. Skrabanja werd uiteindelijk 26e op 1:40 minuut achterstand. De Koning werd 31e op 2:22 minuut.