Op Instagram plaatsen we deze week niet één, maar iedere dag een poll – telkens bestaande uit drie verschillende vragen die met elkaar te maken hebben. En dus volgt er ook iedere dag een artikel op onze website, met daarin aandacht voor jullie reacties.
Gisteren vroegen we naar jullie favoriete afstand en onderdeel. Wat is jullie favoriete triathlonafstand? En is het zwemmen, fietsen of lopen jullie favoriete onderdeel? En het minst favoriete onderdeel dan?
(tekst gaat verder onder foto)
De stemmen waren aardig verdeeld wat betreft jullie favoriete afstand, maar de meesten van jullie (36 procent) geven toch de voorkeur aan een halve triathlon. Eva van Brabant geeft daar de volgende reden voor: ,,Lang genoeg om op snelheid te komen, maar niet zoals op een sprint alles geven.”
De sprint en 1/8e triathlon kreeg evenveel stemmen (21 procent) als de Olympische afstand en kwart triathlon. Pim Venderbosch koos voor de OD, vanwege het veelzijdige karakter: ,,Spectaculair, maar toch een flinke duurinspanning.” Ook Alex Kling kon zich daarin vinden en gaf de volgende toelichting: ,,Sprint en OD zijn wel de snelle (en voor mij leukste + uitdagende afstanden).”
Hoewel de hele triathlon voor veel triatleten natuurlijk het ultieme doel is, bleek het voor slechts 18 procent van de stemmers ook de favoriete afstand. Het antwoord van Marten Visser onderstreept dat nog eens: ,,70.3… Maar dat is niet de meest uitdagende.” Toch was er ook nog een enkeling die aangaf een hele triathlon niet lang genoeg te vinden, waaronder Koen van Meeuwen: ,,Alles langer dan een hele #ultradiesel.”
Niet iedereen kon zo makkelijk een keuze maken, Wouter Baljet bijvoorbeeld: ,,Halve, of toch een OD, of een sprint. De hele moet ik nog uitproberen.”
(tekst gaat verder onder foto)
De meesten van jullie geven de voorkeur aan het looponderdeel (41 procent), maar het fietsen (37 procent) doet daar niet ver voor onder. Pim Venderbosch liet weten onderscheid te maken tussen trainingen en wedstrijden. ,,In trainingen zit ik het liefst op de fiets, in wedstrijden lopen.”
Zwemmen werd het minst vaak genoemd als favoriete onderdeel. Slechts 15 procent zei het meest uit te kijken naar het zwemonderdeel, waaronder Maryvonne van den Berg en dat komt vast omdat het haar zo goed afgaat: ,,Paar keer beste zwemtijd Age Group dames bij Challenge Almere. Best trots op! Van alle dames een keer de tweede tijd!”, laat ze weten.
Het favoriete onderdeel is vaak het onderdeel waar de meeste winst behaald wordt, zo ook bij ‘San4tryathlon’: ,,Fietsen, omdat ik daar mijn verloren tijd kan inhalen.” Lucas Goené bevindt zich daardoor tussen twee kampen: ,,Zwemmen, daar ben ik in verhouding het beste in. Maar het tactische van het fietsen vind ik ook leuk.”
Voor sommigen bestaat er absoluut geen twijfel over wat het favoriete onderdeel is, zo blijkt ook uit het antwoord van Alex Kling: ,,Hardlopen. Dit doe ik al 12 jaar lang, en ik doet het met alle plezier.” Anderen konden daarentegen wat moeilijker een keus maken. Opnieuw was het Wouter Baljet die geen keuze kon maken. Zijn eerste ingeving bleek ,,Fietsen”, maar niet veel later kwam daar ,,Of toch rennen” achteraan. Dat triathlon de ultieme sport voor hem is, bleek wel toen zijn derde antwoord binnenkwam: ,,Maar zwemmen is ook leuk.” Rosaline Wedzinga liet met haar reactie ,,De combinatie” ook weten juist het totaalplaatje te waarderen en Kim van ’t Verlaat gaf aan het meest van de ,,wissels” te houden.
Niet iedereen zat met zijn gedachten bij de wedstrijd zelf; sommigen gaven aan het meest uit te kijken naar de finish. Nog specifieker waren de antwoorden van Marcel Lagerwerf: ,,Het bier bij de finish!” en ‘._Maaike__.’:,,Het buffet na de finish.”
(tekst gaat verder onder foto)
Het zwemmen werd niet alleen het minst vaak genoemd als favoriete onderdeel, het blijkt ook bij de meesten van jullie het minst favoriete onderdeel te zijn. Maar liefst 43 procent gaf aan het meest op te zien tegen het zwemmen. Het fietsen (16 procent) en het lopen (14 procent) kregen opvallend minder stemmen. De grootste triathlonliefhebber bleek Jean-Pierre Fraussen met zijn antwoord: ,,Geen.”
Logischerwijs is het minst favoriete onderdeel ook vaak het minst sterke onderdeel. Dat blijkt onder meer uit de toelichting van Lucas Goené: ,,Hardlopen, iedereen komt me dan (nu nog) voorbij.” Dat er aan gewerkt wordt is dus duidelijk, net als Alex Kling, die er alles aan doet om vooruitgang te boeken in zijn minst favoriete onderdeel: ,,Zwemmen. Maar hier investeer ik wel de meeste tijd in om beter en beter te worden.”
Op de vraag naar jullie minst favoriete onderdeel kregen we ook een hoop originele antwoorden binnen. Gelukkig voor Deborah Wissink is hetgeen waar ze het meest tegenop ziet het eerst voorbij: ,,Bij de start in het koude water springen.” Sam Hellebrekers gaf aan op te zien tegen twee specifieke momenten: ,,De eerste 100 meter van zowel het zwemmen als lopen”. Waarschijnlijk kan een groot deel van jullie zich ook wel vinden in de antwoorden van Wouter Baljet: ,,Sanitaire stop”, Maryvonne van den Berg: ,,De dag erna haha.” en ‘._Maaike__.’: ,,Al dat wasgoed…” Ook bij Koen van Meeuwen zijn het niet de onderdelen zelf die het minst favoriet zijn: ,,Alles wat met voeding te maken heeft” – hij heeft vast niet gedacht aan het bier en buffet na de finish.