Waar zeker Maya Kingma en in iets mindere mate Rachel Klamer drie jaar geleden op voorhand werden gezien als serieuze kanshebsters voor de Olympische triathlon in Tokyo, zal dat over twee weken in Parijs totaal anders zijn. De Nederlandse vrouwen kenden een niet al te goed voorseizoen en zagen zojuist, bij de WTCS Hamburg, dat hun loopniveau nog steeds niet voldoende is.

Kingma en Klamer hadden de pech dat ze na het zwemonderdeel net de aansluiting misten met de kopgroep en zodoende in een tweede, achtervolgende groep terechtkwamen. Op de fiets moest die groep alles op alles zetten – regelmatig aangevoerd door een sterk fietsende Kingma – om het gaatje van zo’n twintig seconden te dichten en dat lukte pas tegen het einde van het fietsonderdeel. De aansluiting werd dan wel gevonden, waardoor een grote kopgroep ontstond, maar duidelijk was wel dat daarmee kostbare energie werd verspild.

Tijdens het lopen streden Kingma en Klamer dan ook een strijd die zich eigenlijk constant buiten het beeld van de camera’s afspeelde. Logisch ook, want vooraan was Cassandre Beaugrand ‘on fire’ en zij werd onder andere gevolgd door Beth Potter, Emma Lombardi, Jeanne Lehair en Lisa Tertsch. Het ogenschijnlijke gemak waarmee Beaugrand naar de overwinning liep en niemand een kans gaf haar van die overwinning te weerhouden, was echter indrukwekkend én bevestigt haar favorietenrol voor de Olympische Spelen in eigen land.

Beaugrand won de race in een tijd van 55:19. Potter, Lombardi, Lehair en Tertsch maakten er een spannende en minstens even prachtige strijd van om de overige podiumplaatsen en uiteindelijk was het Tertsch die, na een mooie eindsprint, tweede werd in 55:30. Potter werd derde in 55:31.

Klamer werd negende op 53 seconden en Kingma dertiende op 1:05 minuut.