Het was een bijzonder weekend voor Danne Boterenbrood, die afgelopen zaterdag de Norseman – we gaan het toch maar weer zeggen – ‘won’. Tussen aanhalingstekens, aangezien zij het zelf eigenlijk niet echt zo ziet: ,,Ik heb natuurlijk niet echt gewonnen. Dat is niet helemaal waar. Ik vind toch dat je wint als je als eerste over de streep komt.” Desondanks bekroonde de organisatie Boterenbrood als winnares van de Norseman zoals die ons bekend is. Het enige dat voor wat verwarring zorgde was een nieuw onderdeel: de XTRI World Championships, gewonnen door de Engelse Lucy Gossage. ,,Die serie startte vijf minuten voor ons en daarin ben ik volgens mij negende overall geworden”, legt Boterenbrood uit. ,,Maar ik was daar verder sowieso niet zo mee bezig. Ik wilde vooral dat zwarte T-shirt halen. Dat was mijn voornaamste doel.” En daarin slaagde Boterenbrood ook nog eens vol overtuiging!

Het zwarte T-shirt
Dan hebben we het dus over het welbekende zwarte T-shirt dat alleen de snelste atleten krijgen. Oftewel: de eerste 160 atleten overall. Alleen zij mogen bovenop de berg finishen: een begrip bij de Norseman. Voor de atleten daarachter is er een andere finishzone, lager op de berg en met een wit shirt. ,,Ik vond het leuk dat het geen reguliere Ironman was, waarbij je bezig bent met tijden”, beargumenteert Boterenbrood haar keus voor deze bijzondere wedstrijd. ,,Dit gaat om het halen van de finish. Dat vind ik eigenlijk nog veel puurder. En ik zag veel uitdaging in het parcours: het is meer van ‘ik móét naar boven, ik móét op die berg finishen’. Dat geeft een heel ander gevoel dan wanneer je nog een vlakke marathon moet lopen.”

Een belangrijk punt in de wedstrijd voor Boterenbrood was dan ook het 32 kilometerpunt, aangezien je hier al het eerste beslag op het zwarte shirt legt. ,,Als 32e kwamen wij daar langs, dus dat was ruim voldoende. Toen was ik echt heel blij.”

Zwemmen richting het vuur
We slaan nu alleen een paar essentiële kilometers over. Terug naar de vroege zaterdagochtend; toen het allemaal begon vanaf een ferry in een spookachtig donker fjord. Gelukkig viel het wat betreft de kou – anders dan andere jaren – mee: ,,Ze zeiden dat het mild was dit jaar; zo rond de zestien graden. Af en toe was het wat kouder en soms weer wat warmer. Het wisselde een beetje, maar ik vond het niet extreem koud.” Dit eerste onderdeel ging Boterenbrood dan ook goed af: ,,Het ging eigenlijk heel vlot, het zwemmen. Volgens mij was ik met 55 minuten ongeveer klaar. Ik lag ook redelijk vooraan. Je moest naar een groot vuur zwemmen aan de kant. Dat was supergaaf.”

(tekst gaat verder onder foto)

De boot vanaf waar de atleten starten. (Foto: Sportograf)

‘Ik kende eigenlijk niet echt een zwak moment’
Ook over het fietsen is de atlete goed te spreken: ,,Het fietsen ging eigenlijk ook heel makkelijk. Nouja, dat klinkt nu alsof het allemaal vanzelf ging”, bekent Boterenbrood lachend. ,,Dat was natuurlijk niet zo. Je begon meteen met een klim van dertig kilometer. Maar die kon ik eigenlijk wel goed verteren. Terwijl ik mij van tevoren nog zorgen had gemaakt, omdat ik geblesseerd was geraakt aan mijn knie; maar die hield het wel goed op de klim. Dus daar was ik blij mee.” Daarnaast had Boterenbrood ook nog wat energie over om de omgeving in zich op te nemen. De ongerepte Noorse natuur was dan ook één van haar grote motivaties voor het deelnemen aan deze race: ,,Ik kon ook nog goed genieten van de omgeving en ik was goed met het eten bezig. Ik kende eigenlijk niet echt een zwak moment. Dus ik heb uiteindelijk iets van zes uur en twintig minuten gefietst, maar zo voelde het niet. Het voelde alsof het veel sneller ging.”

(tekst gaat verder onder foto)

De supporters van Boterenbrood. (Foto: Instagram)

Gewoon een goede flow
,,Ik denk dat ik echt een hele goede dag had en ook gewoon goed in de ‘flow’ zat”, verklaart de enthousiaste Boterenbrood. ,,Ik herinner het mij ook niet als mega zwaar, terwijl dat het natuurlijk wel is geweest. Maar als het dan goed gaat, voelt het toch minder zo.” Toch komt de hardste klap vaak pas tijdens het laatste onderdeel: de marathon. Als je dan ook nog een berg omhoog moet, is een extra dosis energie niet overbodig. Al zag Boterenbrood ook dat rooskleurig in: ,,De eerste tien tot vijftien kilometer (hardlopen, red) gingen heel vlot. Daarna kreeg ik het wel zwaar, maar toen wist ik dat het daarna een soort bergwandeling zou worden. Dan heb je iets om naar toe uit te kijken. Toen dacht ik ‘ja, dan komen ook de jongens erbij en gaan we samen de berg op’. Dat maakte het wel een mooi punt om naar toe te rennen. Vanaf toen had ik het ook wel echt zwaar, maar het kwam niet in mij op dat ik de finish niet zou halen.”

Supportcrew
De jongens? Dan doelt de atlete op de twee mannen uit haar support crew, die wellicht de zwaarste taak van de dag toegewezen hadden gekregen. Vanaf 25 kilometer lopen worden deelnemers namelijk bijgestaan door begeleiders voor de veiligheid. In het geval van Boterenbrood waren dit haar partner en een vriend. ,,Die hebben met zijn tweeën het laatste stuk meegelopen. Die liepen nog makkelijk mee. Ik had er zelf ondertussen al wel iets van elf uur opzitten, dus ik was langzamerhand wel wat vermoeid aan het raken.”

Sowieso had Boterenbrood niets te klagen als het op support aankwam. ,,Ik had een hele supportcrew mee; een hele club”, lacht de atlete. ,,Dat waren mijn ouders, mijn vriend en nog twee vriendinnen met hun vrienden. Dus er waren vier auto’s, want je was ook verantwoordelijk voor je eigen support. Er is onderweg niets, dus je moet eten en drinken van je eigen clubje mensen krijgen.” Nog zo’n belangrijke taak: het doorgeven van de tussenstanden: ,,Ze stonden heel vaak langs het fietsen en lopen en gaven ook door dat ik voorop lag in de Age Group race en dat ik in het overall veld – met de mannen erbij – zo rond plek twintig tot dertig lag. Toen dacht ik wel ‘dit ziet er goed uit’. Dat ik zo’n goede dag zou hebben had ik niet verwacht. Ik was niet echt met de uitslagen of resultaten bezig, maar het was wel een hele leuke bijkomstigheid, om dat aan het einde van de dag te horen.”

Herstellen en vakantie

Deze week trekt de atlete nog met auto en tent door Noorwegen, samen met haar vriend. Gelukkig dat Boterenbrood al voldoende hersteld is om de mooie Noorse natuur te voet te verkennen: ,,Eigenlijk qua spieren ben ik best goed hersteld. De meeste spierpijn is wel redelijk weg; ik heb vanochtend zelfs alweer een bergwandeling van drie uur gemaakt. Dat ging eigenlijk nog wel. Ik ben nog wel moe en heb veel honger”, lacht Boterenbrood. ,,Dus daaraan merk ik wel dat ik nog aan het herstellen ben; maar het valt zeker niet tegen.”

Ze noemen het niet voor niks een Xtreme triathlon. (Foto: Instagram)