Nederland staat bij de inwoners zelf, maar ook buiten de landsgrenzen bekend als ‘echt fietsland’. Dat fietsen is veel van ons met de paplepel ingegoten en behoort tot één van de oudste tradities van het land, maar zijn ‘we’ eigenlijk nog steeds van die fietsers? Is daar de afgelopen jaren niet langzaam maar zeker verandering in gekomen? Wat blijkt uit onderzoek van de overheid en een bijbehorend artikel van nu.nl: Nederland is nog steeds een fietsland, maar het fietstempo gaat gemiddeld genomen wel naar beneden en we pakken steeds massaler de elektrische fiets.

Massaal is overigens nog steeds een rekbaar begrip, want een kwart van de gereden kilometers wordt met een elektrische fiets afgelegd. Dat betekent logischerwijs dat nog steeds driekwart van de gereden kilometers puur en alleen op oer-Hollandse beenkracht wordt gereden. Overduidelijk is dat we nog steeds een echt fietsland zijn, want het percentage aan verplaatsingen dat met de fiets plaatsvindt, zit volgens Marco te Brömmelstroet, ‘fietsprofessor’ aan de Universiteit van Amsterdam, muurvast. ,,27 procent”, laat hij optekenen bij nu.nl.

Die 27 procent komt neer op zo’n 15 miljard fietskilometers per jaar, waarbij er vooral in het noorden van Nederland veel gebruik wordt gemaakt van de fiets. In steden als Groningen, Zwolle, Leeuwarden maar ook Utrecht wordt door bewoners vaak de fiets gepakt en wordt ook flink geïnvesteerd in fietspaden, fietsstraten en moderne stallingen. In het zuiden wordt juist minder gefietst en vooral Rotterdam zou daarbij achterblijven.