Het begon als alternatieve training tijdens de donkere dagen, maar het liep uit in een profcontract bij het E-cycling team van Movistar. Daarbij wist Pim van Diemen zich afgelopen december te kwalificeren voor het WK Zwift, dat op 26 februari plaatsvindt. We spraken hem over deze bijzondere kans, zijn carrière als triatleet en wielrenner, én hoe hij deze twee sporten combineert. Naast zijn virtuele ambities heeft Van Diemen vooral ook een grote droom binnen de triathlonsport: zich als Age Grouper plaatsen voor het WK Ironman op Hawaii. Op 14 mei tijdens Ironman Mallorca zal hij alles geven om die droom te verwezenlijken. 

“Ik begon ooit met rijden in Zwift omdat ik het in de winter leuk vind om wedstrijdjes te doen. Het is een goede manier om in de winter korte, intensieve trainingen te doen en daar in de zomer vervolgens het duurvermogen aan toe te voegen. Als het weer beter wordt en je weer langer buiten kunt rijden, doe ik dat, maar het is nu drama”, lacht van Diemen, die verwijst naar de koude en regenachtige winterdagen. 

Die indoorritten leverden Van Diemen – dankzij zijn sterke prestaties in Zwift races – een profcontract bij Movistar op. “Over twee weken gaan we samen op trainingskamp. Dan fiets ik met Van Vleuten en andere profs. Dat is heel tof. Het zorgt er wel voor dat de focus automatisch meer op het fietsen komt te liggen en dat ik minder tijd in de rest steek. Maar ik ben geen pro triatleet of pro wielrenner; het is echt een hobby en ik vind fietsen van de drie sporten het leukst.”

‘Ik neem dat stukje op de koop toe’

Toch wil Van Diemen dit voorjaar weer meer aandacht besteden aan het lopen: “Als ik voor een toptijd in triathlon wil gaan, zou ik meer tijd in het lopen moeten steken, maar ik neem dat stukje liever op de koop toe zodat ik me nu met een leuk gevoel voorbereid in plaats van dat ik tegen mijn zin in ga lopen. En ik ben blessuregevoelig waardoor ik niet veel kan trainen voor het lopen, dus die balans is ook wel goed zo.”

‘Ik kan binnen goed afzien’

Van Diemen’s talent ligt dan ook vooral bij dat tweede triathlononderdeel: het fietsen. Indoor in het bijzonder. “Ik kwam er achter dat ik daar talent voor heb. Ik kan binnen goed afzien. Het voordeel van binnen rijden is dat je echt ondersteboven op de fiets kunt zitten; zolang je kracht levert, blijf je vooruit gaan. Bij de koers buiten moet je technisch goed zijn en ook voor je blijven kijken, zelfs als je helemaal op de limiet zit. Omdat dat op een indoortrainer niet hoeft, kun je er net wat extra’s uithalen.”

‘Het is een ander soort inspanning’

Dat stukje ‘extra’ zal Van Diemen ongetwijfeld nog hard nodig hebben tijdens het WK Zwift. Twee weken geleden wist hij zich via een kwalificatiewedstrijd van de KNWU te plaatsen. “De KNWU heeft een bondscoach aangesteld voor het E-racen, aangezien de sport zo in de lift zit. Vorig jaar tijdens het WK Zwift waren er vanuit Nederland geen afgevaardigden, Wel een paar vrouwelijke profwielrenners die meededen, maar ze hadden nooit echt een E-sports tak waarin ze specifiek mensen zochten. Je moet dat toch in de vingers hebben, want het is anders dan op de weg. Je hebt de ‘gamification’, maar je gebruik ook gedeeltelijk andere spieren en het is een ander soort inspanning. Je moet ook goed weten hoe het parcours is, waar je je moet inspannen en waar niet, en hoe je van anderen gebruik kunt maken.” 

WK-parcours: ‘Een zwaar parcours, dat zich leent voor aanvallend rijden’

Met drie andere Nederlandse atleten zal Van Diemen eind februari strijden op het zogenaamde Knickerbocker circuit in het virtuele Central Park New York. “We moeten drie keer een berg over. Dat is een klimmetje van ongeveer drie minuten met een finish bovenop. De rest van het parcours is ook niet echt vlak. Er zitten nog wat klimmetjes in, een kleine daling en een stuk vals plat. Het is een zwaar parcours dat zich leent voor aanvallend rijden. Wat dat betreft denk ik dat het een interessant WK wordt.” Een uitdagend parcours dus, maar dat ligt Van Diemen wel: “Ik ben goed in langere stukken – langer dan twee minuten – hard rijden. De echte sprinters rij je er dan wel af. Maar het is wel echt een loterij op een parcours als dit.”

‘Dat laat zien dat de KNWU het serieus neemt’

Van Diemen zal in ieder geval goed met zijn teamgenoten kunnen communiceren over de tactiek, want – als corona het toelaat – zullen ze samen racen op het kantoor van de KNWU. “Dat is leuker dan ieder vanuit zijn eigen woonkamer. En het laat ook wel zien dat de KNWU het serieus neemt; dat is gaaf.”

‘Ik hoop in de top tien te rijden’

Zijn doel voor het WK is duidelijk: “Als het koersverloop in mijn voordeel is, hoop ik in de top tien te kunnen rijden. Maar met zo’n race zijn er ook altijd verrassingen. Wie weet ben ik er één. Het deelnemersveld is nog niet bekend, dus ik weet niet tegen wie ik het opneem. Ik weet wel dat die laatste klim me ligt en als ik me er goed op voorbereid, kan ik hoog eindigen. Maar, het is altijd de vraag hoe het uiteindelijk op die dag zelf gaat natuurlijk.”

‘Ironman Mallorca is de stip op de horizon’

Hoe dan ook, na het WK gaat de knop om. “Mijn indoortrainingen neem ik serieus, maar Ironman Mallorca is de stip op de horizon. Ik merk dat het naast het fietsen in de winter wel lastig is om hardlopen erbij te doen; zeker als de competitie (virtueel, red.) start. Ik moet dan meer rust pakken. Als ik op maandag een wedstrijd heb, kan ik niet zondag nog 20 kilometer hardlopen. Daar herstel ik dan lastig van. Dat maakt het soms moeilijk om goed te trainen voor het lopen, maar na het WK kan ik wel iets minder voor de competitie leveren en meer kijken naar wat daarna komt.”