,,Het is wennen. Normaal heb ik veel op de planning staan en zou ik me wel eens willen vervelen. Nu denk ik ‘wat ga ik vandaag doen’. Ik kom niet ver met die krukjes.” Het was een grote klap voor Quinty Schoens. Zondag mocht ze eindelijk weer racen en dan ook nog eens een bijzondere race: de SLT Arena Games in Rotterdam. Maar een paar dagen voor de wedstrijd sloeg het noodlot toe tijdens een korte looptraining. Een abrupte pijnlijke steek stak de kop op en verdween niet meer. ,,Dat was het dan. Het was gewoon klaar.” 

Een stressfractuur weet Schoens ondertussen. Het kwam als donderslag bij heldere hemel. ,,Ik heb niets, maar dan ook niets in die voet gevoeld. Donderdag voor de wedstrijd liep ik vanuit het zwembad naar de krachttraining. Een halfuurtje over gravel. Op een gegeven moment dacht ik dat mijn sok dubbel zat, drie seconden later kreeg ik een super pijnlijke steek in mijn voet. Ik ben niet meteen gestopt. Ik dacht dat ik niet meer verder zou kunnen rennen als ik eenmaal stopte. Ik moest nog vijf minuten door, maar voelde als snel dat ik er echt niet meer ging komen.” Strompelend bereikte Schoens haar bestemming. ,,Ik realiseerde mij meteen dat als ik al niet fatsoenlijk kon wandelen, ik de lul was voor zondag.” Van een echo diezelfde dag werd Schoens niets wijzer, aangezien de breuk in de binnenkant van het bot zit. ,,Ik heb mij laten intapen. Je bent vanaf dat moment met zoveel dingen bezig dat je je niet de topsporter voelt, die ‘race ready’ moet zijn.” 

‘Ik heb alleen maar getwijfeld’

In plaats daarvan was er twijfel. Wel of niet racen? De vraag die Schoens zichzelf constant stelde. ,,Ik heb alleen maar getwijfeld. Ik had zoveel pijn dus ik vroeg mij af of ik – buiten het feit of ik hard kon rennen – überhaupt kon rennen. Ik heb ervoor gekozen het niet meer te proberen. Ik jogde wel eens naar de ijskast, maar dat ging al niet. Er was niets qua wedstrijden dit jaar en dit was mijn grootste doel. Er kwam veel televisie en ik wilde het echt goed doen. Maar ik wist wel dat dat een stuk minder ging zijn en met dit niveau is ‘een stuk minder’, heel veel. Maar ik hield hoop dat de adrenaline mij erdoor heen zou loodsen.” En dat was dan ook de reden dat Schoens ervoor ging. Zodat ze zichzelf niet naderhand de ‘wat als’ vraag hoefde te stellen. 

‘Wat ik ook deed, ik had overal pijn’

Tijdens de eerste heat van het Triple Mix format waarin de atleten zondag raceten, werd het al duidelijk. Of eigenlijk al vóór de eerste heat. Geen diclofenac of tape kon haar helpen. ,,Toen ik moest opwandelen naar het startblok dacht ik al ‘kut dit doet zo pijn’. Dan ren je daarna uit het zwembad naar de fiets en besef je je dat geen enkele adrenaline kick je nog gaat helpen.” De wedstrijd – waarin Schoens als laatste over de streep kwam – werd een lijdensweg. ,,Wat ik ook deed, ik had overal pijn. Op de fiets kon ik het nog wel onderdrukken, maar dan zag ik alweer op tegen de loopband.” Toch heeft Schoens geen spijt van haar deelname: ,,Ik zou er spijt van hebben als ik het niet had gedaan. Ik ben iemand die altijd volle bak gaat – honderd procent – en het liefst duw ik er nog overheen. Als ik het niet had geprobeerd, had ik niet geweten of de adrenaline mij had geholpen. Maar dan word je wel dik laatste. Daar ben je natuurlijk geen prof voor.” 

‘Ik wilde hem beschermen, maar dat kon niet’

Met al deze onrust die Schoens voelde, wilde ze eigenlijk haar partner – Marco van der Stel, die zich opmaakte voor dezelfde race – niet lastig vallen. ,,Ik probeerde het voor mezelf te houden, maar toch die discussie over het wel of niet starten gaf stress. Ik zag hem voor de wedstrijd constant omkijken waar ik was, of hij mij kon helpen met iets. Hij vond het zo vervelend. Gisteren zei hij nog dat hij net zoveel stress had als ik en dat hij wel door de grond kon zakken toen hij mij van de loopband naar het zwembad zag strompelen. Toen moest zijn eigen wedstrijd nog beginnen. Ik wilde hem beschermen, maar dat kon niet.” 

Oorzaak onduidelijk

Voor Schoens is het nog onduidelijk wat precies de oorzaak is van de stressfractuur en dat maakt het misschien nog wel vervelender. Eigenlijk vormde haar knie vooral een probleem in de weken voor de wedstrijd. ,,Zeven weken geleden ben ik met het team naar Luxemburg geweest.” 200 kilometer fietsen de atleten heen en terug. ,,Ik had twee weken eerder nieuwe loopzooltjes gekregen en heb toen ook meteen fietszooltjes gevraagd. Die had ik een paar uurtjes getest en ze voelden goed. Ik besloot ze daarom ook in te doen naar Luxemburg. Achteraf was dat een domme fout; ik kwam aan in Luxemburg en had last van mijn knie. Dat is niet meer weg gegaan. Zes weken voor de Super League was dat de grootste uitdaging: pijnvrij kunnen racen, zonder knieklachten.” Zo werd de omvang omlaag gebracht en fietste Schoens aanzienlijk minder. ,,Dus ik zat helemaal niet op het randje, maar deed juist minder.” Het enige wat Schoens zich dan nog kan bedenken, is de ‘curved’ loopband. ,,Daar ben ik vier weken van tevoren op gaan oefenen. Twee keer per week tien minuten. Maar de arts kon zich eigenlijk niet voorstellen dat dat het probleem zou zijn.” 

Slechte timing

Wat de oorzaak ook is, de komende weken zal Schoens het rustig aan moeten doen. En dat resulteert in een wederom lege planning. De timing van deze blessure had niet slechter gekund, legt Schoens uit. ,,We hebben een hele tijd lang niets gehad en doorgetraind om te zorgen dat als er een wedstrijd was, je er binnen twee weken klaar voor was. En dan – nu dat net alles weer begint – gebeurt zoiets.” De komende weken had Schoens eindelijk weer wat wedstrijden op de kalender staan, maar met een hersteltijd van zes weken voor deze stressfractuur blijft het seizoen van 2020 een bijzonder korte.