Twee woorden had Marco van der Stel eigenlijk over voor de Super League Triathlon waar hij gisteren in Rotterdam aan de start stond. ,,Heavy stuff.” Hij werd er tiende van de tien deelnemers. ,,Natuurlijk wil je dat niet, maar op sommige punten heb ik wel aan mezelf laten zien dat ik de afgelopen maanden een stap heb kunnen maken. Eerlijk gezegd denk ik ook dat de einduitslag minder zegt dan het verloop van de wedstrijd. Vanaf het begin heb ik namelijk goed in de race gezeten.”
Op voorhand wist Van der Stel, net als landgenoot Donald Hillebregt overigens, dat het wel eens een zware dag kon worden. ,,Ik wist dat er allemaal grote jongens aan de start stonden. Sommigen van hen zijn de beste sporters uit deze sport, ooit. Ondanks dat ik thuis goed had geoefend op een loopband en dacht dat ik goed was voorbereid, wist ik niet zo goed wat ik van de race moest verwachten. Daarom was er ook wat minder druk. Niemand wist hoe het zou gaan lopen, alleen dat we er in moesten vliegen.”
Uitkijken naar de wedstrijd deed Van der Stel sowieso. ,,Mijn laatste race was in november. Na een goede winterperiode was ik klaar om te racen, maar toen brak corona uit. Er volgde een lange periode van opbouwen”, kijkt hij terug op een aantal maanden waarin hij zelf ook nog even ziek was. ,,Ik wilde dus weer racen.”
‘De setting zag er super uit, maar ik miste een beetje spektakel’
Misschien nog wel meer overigens omdat er werd geracet volgens het zogenaamde Triple Mix format, waarbij atleten drie keer een ultrakorte triathlon in wisselende volgorde afleggen. Voor Van der Stel geen onbekende formule, want twee jaar terug wist hij de eerset Triple Mix op Nederlandse bodem op zijn naam te schrijven. In Almere trok hij toen aan het langste eind. ,,Natuurlijk was het concept nu wel helemaal nieuw, omdat het binnen was, we via Zwift moesten fietsen en op een loopband liepen. De setting zag er super uit, maar daar staat Super League Triathlon om bekend. Toch miste ik een beetje spektakel. Alles is virtueel en dus heb je eigenlijk geen idee met wie je aan het racen bent, hoe hard het nu echt gaat en of je kan vertrouwen op de technologie.”
‘Ik kijk vooral naar mezelf’
Dat Van der Stel uiteindelijk overall achter Hillebregt finishte – ze werden respectievelijk tiende en negende – lijkt, in ieder geval voor eerstgenoemde, een vervelende bijkomstigheid. ,,Alhoewel ik daar eigenlijk niet mee bezig ben; ik kijk vooral naar mezelf. De laatste heat eindigde met een eindsprint, iets wat ik nog nooit heb ervaren. Ga je te vroeg of juist te laat aan? De beste man in de wedstrijd, Jonas Schomburg, werd daar bijvoorbeeld tiende.” De sprint werd overigens gewonnen door Hillebregt, waarmee hij Van der Stel in het klassement op het laatste moment voorbij stak.
‘In Hamburg kunnen we echt zien hoe het staat met de vorm’
Ondanks dat Van der Stel zich dus niet graag op een tiende plek had teruggezien, houdt hij zich vast aan de stappen die hij ogenschijnlijk heeft gemaakt. ,,Een race is altijd een mooi punt om te kijken hoe alles er bij hangt. Ik denk dat ik met zwemmen mijn normale niveau heb, op de fiets een stapje heb gezet, zeker als ik voelde met wat voor ‘gemak’ ik mee kon komen en wat gaatjes kon dichtrijden. Lopen heb ik denk ik ook een stap gemaakt, maar ik durf er niet echt uitspraken over te doen omdat de loopbanden niet helemaal gelijk waren”, maakt hij de balans op. ,,Mijn wissels waren in ieder geval zeker niet goed en ook het lopen van de loopband naar het zwemmen ging voor geen meter. Over twee weken hebben we in Hamburg – als het goed is – de eerste echte race en Team Relay (World Cup, red.): daar kan ik echt gaan zien hoe het staat met de vorm.”