De jeugd heeft de toekomst. Hoe mooi is het dan ook om ieder jaar weer al die talentvolle jongeren aan de start te zien van de verschillende triathlons door heel het land. Hard getraind, gefocust en met de wil om te winnen. Juist om deze jeugd een extra podium te geven, spreken wij de komende weken met een behoorlijk aantal van hen. We hebben het met hen over de sport, het trainen, de combinatie met school en soms ook de lastige keuzes. We kijken naar de in hun ogen mooiste wedstrijden, maar ook naar de minder mooie kanten. Eerder spraken we al met Niels van Lanen en Mauro Dieters. Vandaag geeft Olaf Jan Bosscher een kijkje in zijn leven als triatleet.

Afgelopen seizoen zette de 17-jarige atleet de wedstrijd van zijn leven neer tijdens het EK Aquathlon voor junioren in Roemenië. ,,Anders word je geen tweede”, reageert Bosscher scherp als we hem vragen of hij toen in zijn beste doen was. Dus het was de perfecte wedstrijd? ,,Nee, dat denk ik niet. Eigenlijk kan er bij elke wedstrijd wel iets beter, dus ik weet niet of ik ooit een perfecte race heb gehad.”

‘Als je dat als jonkie hoort, ben je eerst bang’ 
Ondanks dat zijn tweede plaats op het Europees Kampioenschap Aquathlon hem logischerwijs de mooiste herinneringen oplevert, kijkt hij misschien met nog wel meer trots terug op het EK Duathlon in Roemenië. ,,Ik heb toen echt alles uit mezelf gehaald en werd vierde. We moesten meedoen met de elite. Als je dat als jonkie hoort, ben je eerst bang dat je wordt gelapt, maar daar moet je eigenlijk niet mee bezig zijn. Ik heb de focus volledig omgelegd. De eerste twee of drie rondjes mee op kop gelopen met die grote mannen. Dat geeft een goed gevoel waar je de rest van de wedstrijd verder op kan teren.”

Hoe het begon 
Het begon allemaal in 2013: ,,Toen deed ik het nog niet echt serieus, maar meer voor de lol. Eén keer per jaar deed ik met mijn ouders mee op Ameland bij een Cross Triathlon.” Sportiviteit kreeg Bosscher vanuit huis al snel mee: ,,We deden allemaal wel een beetje aan hardlopen en mijn broer en ik zaten op zwemmen.” Toen het NK cross werd georganiseerd op Ameland, was het hek van de dam: ,,We wilden daar aan meedoen. Daarna zijn we ook in de regio meer gaan doen en wedstrijden van het Jeugd en Junioren Circuit. Mijn broer is toen bij de regio groep Noord terecht gekomen, waar ik later ook ben gaan trainen.” Ondertussen bestaat de trainingsgroep niet echt meer en dus moest Bosscher het zuidelijker zoeken. ,,Ik train nu ieder weekend bij het RTC in Almere.”

De Olympische Spelen winnen
Nu zeven jaar en vele triathlons later, durft Bosscher groot te dromen: ,,Ik wil graag over acht jaar de Olympische Spelen winnen. Dat is mijn doel en droom.” Hoe hij dat uiteindelijk hoopt te bereiken? ,,Ik denk dat ik ten eerste mijn HAVO moet halen, maar vooral gefocust moet blijven op het doel en mij niet teveel moet laten afleiden.” Als we de atleet zo horen zit het met de focus en toewijding wel goed. ,,Ik zit niet op een LOOT school, maar op een normale HAVO. Dat is niet altijd makkelijk, maar misschien leer je er wel meer van dan op een LOOT school. Daar krijg je makkelijker de vrijstellingen en hoef je misschien minder hard te werken. Het geeft mij een goed gevoel hard te werken en dan toch de vrijstellingen te krijgen. Ik mis straks bijvoorbeeld drie weken voor de toetsweek en dan moet ik met een planning komen, die moet worden goedgekeurd. Dat is goed, want zo werkt het later ook.”

‘Ik denk dat er heel weinig discipline is’ 
Bosscher gelooft dat voor veel kinderen alles wat te makkelijk wordt gemaakt: ,,Tegenwoordig willen mensen niet heel snel veel doen. Ik denk dat er heel weinig discipline is. We leggen de lat niet meer zo hoog en we laten de lat ook meer bepalen door naar anderen te kijken in plaats van dat we onze eigen standaard zetten.”

Uitgaan zit er niet in 
Afgeleid door uitgaan of drinken raakt Bosscher totaal niet: ,,Ik heb ook niet de juiste vrienden voor stappen. Ik heb twee vrienden op school, die zelf ook redelijk veel sporten. De één doet shorttrack en de ander klimmen. Die zijn ook niet echt van het uitgaan. Ik heb die neiging zelf ook helemaal niet.”

‘Ik heb het ook niet altijd makkelijk gehad’ 
,,Mijn grote inspiratie is David Goggins. Hij is een beetje bekend geworden door het boek ‘Can’t hurt me’. Hij had een hele moeilijke jeugd en op een gegeven moment kwam hij thuis van werken en zag hij een documentaire over de Navy Seals (een Amerikaanse speciale eenheid, red.). Hij zag hoe die mensen heel erg leden om dat te worden. Je hebt weken waarin je alleen maar traint en heel weinig slaapt. Ze proberen je mentaal en fysiek te kraken. Hij wilde dat ook, maar was heel dik. Het boek is trouwens ook dik en moeilijk verder uit te leggen.” Bosscher put er in ieder geval veel inspiratie uit. ,,Ik heb het zelf ook niet altijd makkelijk gehad. Het is een heel mooi boek, hij is echt heel rauw. Hij vertelt ook over de slachtofferrol. Hoe je dat juist omgekeerd kan gebruiken na alles wat er is gebeurd.”

Comfortzone 
Bosscher’s favoriete race is de Cross Triathlon – nu Xterra – op Ameland. ,,Dat heeft wel iets speciaals. Het was mijn eerste triathlon natuurlijk en vorig jaar heb ik de sprint gewonnen. Dat voelt als een thuiswedstrijd. Het is gewoon echt worstelen door het zand en dat vind ik mooi. Het is zwaar en daar hou ik van.” Of cross dan sowieso favoriet is? ,,De weg is uiteindelijk mijn doel. Dat is misschien ook het probleem bij de jeugd; die durven niet snel uit hun comfortzone te gaan, maar ik denk juist dat het goed is als je breed begint en je later gaat specialiseren. Mountainbiken helpt je heel erg: kijk maar naar Mathieu van der Poel. Je leert overal wat van en kunt dat samen voegen tot het ultieme.”

‘Leen eerst een fiets’ 
Als we Bosscher tot slot vragen om een tip voor kinderen die overwegen triathlons te gaan doen, komt hij met een verrassend advies: ,,Leen eerst een fiets, want het is een dure sport. Koop niet meteen het beste materiaal en kijk eerst of je het echt wat vindt. En kijk uit met trainen; begin niet te fanatiek. Denk ook vooral om je voeding, dat is iets dat vaak wordt onderschat.”