Met Barbara de Koning aan de start wordt al snel rekening gehouden met een podiumplaats, maar zover kwam het zojuist niet tijdens het WK Triathlon voor Junioren. Wel werd zij de beste Nederlandse, met een dertiende plaats. Robin Dreyling zat daar kort achter en werd veertiende.

Barbara de Koning begon de race meteen voortvarend, niet geheel verrassend met de ervaring die de Nederlandse inmiddels in haar rugzak heeft. In een kopgroep van zeven dames zat ze meteen voorin en begon ze met een mooie uitgangspositie aan het fietsen. Robin Dreyling miste net de aansluiting met dat kopgroepje, want kwam als achtste uit het water, ongeveer vijftien seconden achter de leidsters. Sonja de Koning en Luna de Bruin zaten wat verder naar achteren en kwamen in een lang lint richting wisselzone.

Op de fiets deed Barbara de Koning behoorlijk veel kopwerk, terwijl er achter het kopgroepje een grote groep achtervolgende dames vormde die, als een soort peloton, de achtervolging in hadden gezet. Tegen de kracht van dat peloton bleek niet op te fietsen en al vrij snel sloot deze grote groep, waar ook Sonja de Koning en Dreyling in reden, aan bij het oorspronkelijke kopgroepje.

Tekst gaat verder onder afbeelding

Barbara de Koning trekt het veld aan op de fiets. (Foto: 3athlon.nl)

Wat volgde was een redelijk onrustige periode op de fiets, waarbij er behoorlijk wat versnellingen werden geplaatst om te proberen de grote groep op te breken. Mooi om te zien was het dat Barbara de Koning en ook Dreyling soms op kop te zien waren en meededen aan dat spelletje, maar uiteindelijk lukte het niemand om daadwerkelijk uit de groep weg te rijden. Sonja de Koning hield zich in deze fase wat meer op de achtergrond, terwijl De Bruin als 48e doorkwam en een achterstand van meer dan vier minuten had.

Uiteindelijk begon de grote groep tegelijkertijd aan de vijf kilometer run; helaas wisselden de Nederlandse dames niet sterk van voren en in het kopgroepje dat eerst ontstond, net als bij het fietsen zeven dames, zaten dan ook geen ‘oranje’ vrouwen. Het was de Franse Candice Denizot die het looptempo begon te bepalen.

Voor even dan, want al ruim voor het einde van de eerste van twee looprondes was het de Duitse Jule Behrens die de leiding had overgenomen en solo aan de leiding ging. Zij trok het veld op dat moment echt uit elkaar. Barbara de Koning kwam als dertiende door en keek toen tegen een achterstand van 24 seconden aan. Dreyling had daarmee een mooi richtpunt en zat als veertiende vrouw slechts een paar seconden achter De Koning.

Behrens bleek in de laatste kilometers onnavolgbaar en kon op die manier – ook al moest ze nog behoorlijk pushen – de Wereldtitel voor Junioren claimen. Dat deed ze na 1:01:01. Tilda Mansson werd 7 seconden later tweede. Het brons lag klaar voor Maria Casals, die 16 seconden na de winnares over de streep kwam.

De Koning liep uiteindelijk naar een dertiende plaats, 1:07 achter de winnares. Direct daarachter pakte Dreyling de veertiende plaats. Sonja de Koning werd twintigste op 1:39 minuut.