De Britse Emma Pallant-Browne moest er aanvankelijk hard voor knokken, maar heeft zojuist toch een redelijk comfortabele overwinning bij Ironman 70.3 Swansea geboekt. Bij de mannen ging de winst enigszins verrassend naar de Spanjaard Antonio Benito López.

Die winst was niet zozeer verrassend omdat er zo’n bijzonder sterk deelnemersveld was – echt grote namen ontbraken op de startlijst van de mannenrace – maar wel omdat eigenlijk iedereen rekening had gehouden met Justus Nieschlag. De Duitser had tijdens het fietsen dan ook een behoorlijke voorsprong te pakken, maar kreeg toen of te maken met materiaalpech of hij kwam ten val, want ineens verloor hij minuten én zijn voorsprong. Niet veel later zou Nieschlag de wedstrijd verlaten.

Het opende in ieder geval deuren voor Benito López, die al wel na het zwemmen vooraan uit het water kwam, maar tijdens het fietsen zijn meerdere moest erkennen in de Brit Andrew Horsfall-Turner. In zijn eentje ging Horsfall-Turner ervandoor om uiteindelijk in T2 terug te keren met een voorsprong van 5:33 minuut op een achtervolgende groep met Jack Moody, Harry Palmer en Benito López.

Moody en Benito López trokken gezamenlijk op en hadden ongeveer de helft van de halve marathon nodig om hun achterstand goed te maken op Horsfall-Turner. Dat was meteen ook het moment dat López niet alleen de leiding in de wedstrijd op zich nam, maar ook Moody achter zich liet. Uiteindelijk won Benito López de wedstrijd in 4:00:29 en daarmee finishte hij 2:43 minuut voor de Belg Dieter Comhair, die in de laatste kilometer nog naar een tweede plaats liep. Moody werd derde op 3:28 minuut achterstand.

Emma Pallant-Browne lijdt pijn tijdens fietsen, maakt het af tijdens de run

In de vrouwenwedstrijd werd uiteraard vooral gekeken naar Emma Pallant-Browne, maar terwijl vijf vrouwen tegelijkertijd uit het water kwamen – inclusief de Britse topatlete – was het de Deense Sif Bendix Madsen die tijdens het fietsen brutaal de leiding nam. Dat deed ze goed ook, want ze deed Pallant-Browne zichtbaar pijn en na iets meer dan vijftig kilometer moest ze haar Deense concurrente zelfs laten gaan. Eenmaal terug in T2 had Bendix Madsen een voorsprong van een kleine drie minuten op Pallant-Browne.

Toch had Pallant-Browne niet lang nodig om haar achterstand te doen verdwijnen, want al na zes kilometer ging ze met een minuut voorsprong aan de leiding. Bendix Madsen consolideerde wel en verloor in de daaropvolgende kilometers niet zo snel tijd meer, maar aanspraak op de winst maakte ze allang niet meer. Die ging in een tijd van 4:27:33 naar Pallant Browne. In de slotfase ging Nikki Bartlett voorbij aan Bendix Madsen en daarmee werd Bartlett tweede in 4:34:38. Bendix Madsen werd derde in 4:35:48.