Er is één triatlete die er tegenwoordig bovenuit springt als je het hebt over racing over de korte afstand: Flora Duffy. De atlete uit Bermuda heeft zojuist de Commonwealth Games Triathlon gewonnen en toonde nog maar eens waarom zij de terechte Olympische Kampioene is.

Op voorhand werden Flora Duffy en Beth Potter al gebombardeerd tot de grootste favorieten en die rol nam Potter serieus; de Britse nam meteen de leiding in het water – met Duffy in haar voeten – en die koppositie gaf ze tijdens het zwemmen ook niet uit handen. Na 9:20 minuut had ze haar 750 meter erop zitten en kwamen vervolgens alle favorieten kort achter elkaar in T1.

Na een goede wissel was het Potter die even los kwam te rijden van de andere dames, maar achter haar vormde zich een groepje met Duffy, Sophie Coldwell, Georgia Taylor-Brown en Amy Legault. De vier dames hadden hooguit een kilometer nodig om Potter bij te halen en zo ontstond een kopgroepje van vijf. Na de eerste vijf kilometer had dit kopgroepje een voorsprong van een kleine halve minuut op de grote achtervolgende groep.

In de tweede van vier fietsrondes – in totaal werd er 20 kilometer gefietst – plaatste Duffy een versnelling tijdens een klimmetje. Die versnelling was zo goed, dat alleen Taylor-Brown kon volgen en de andere drie vrouwen een gaatje van een paar seconden moesten laten. Na tien kilometer in totaal was de voorsprong van Duffy en Taylor-Brown al opgelopen tot zestien seconden op de drie achtervolgsters en de achtervolgende groep daarachter volgde op ruim vijftig seconden.

De laatste tien kilometer op de fiets bleef het hard gaan bij Duffy en Taylor-Brown; de twee werkten goed samen en zagen hun voorsprong in T2 gegroeid tot 58 seconden op Coldwell, Legault en Potter, die overigens op hun beurt veel tijd hadden verloren en de achtervolgende groep een stuk dichterbij zagen komen. Ondertussen liep Duffy al in de eerste meters van het looponderdeel weg bij Taylor-Brown. 

Tijdens het lopen stond er echt geen maat op Duffy, die haar voorsprong steeds groter zag worden. En ook al kon Taylor-Browne niet bij Duffy blijven, zag ze haar tweede plek nergens in gevaar komen. Daar weer achter streden Potter en Coldwell om het brons, maar was ook vrij snel duidelijk dat Potter het brons zou opeisen.

Duffy won de race in 55:25. Taylor-Browne volgde op 41 seconden en Potter op 1:21 minuut.