Vanaf het begin lag hij al goed in de mix, tijdens het fietsen kwam hij mee met de kopgroep, maar vooral tijdens de marathon maakte hij het sterk af: de Zwitserse Jan van Berkel zegevierde zojuist tijdens Ironman Zwitserland. Hij deelde het podium met de Engelse Joe Skipper (+1:25) en de Zwitserse Ruedi Wild (+9:53). Tom Oosterdijk zette de beste Nederlandse prestatie neer en pakte een mooie veertiende plaats (+41:36). Edwin Dasselaar kwam even later als zeventiende over de streep (+58:44).

Na het zwemonderdeel moest Oosterdijk flink aan de bak, maar met nog 180 kilometer fietsen én een marathon voor de boeg, had hij nog ruimschoots de tijd om mensen in te halen. Oosterdijk had voor het zwemonderdeel – dat overigens te kort was – 44:38 minuut nodig. Daarmee klom hij op een 24e plaats aan de kant, op 6:38 minuut afstand van de snelste zwemmer: de Duitse Andreas Jung. Na dertig kilometer fietsen had Oosterdijk zich al een weg naar de vijftiende plek toe gebaand en genoot hij de voordelen van een klein groepje samen met drie andere atleten.

Dasselaar daarentegen voltooide het zwemonderdeel als zeventiende en lag bij aankomst in T1 4:28 minuut achter op de kop. Tijdens het fietsen zakte hij aanvankelijk terug naar een 24e plaats, maar in de tweede helft van het fietsen vond hij een goed ritme en begon hij atleten in te halen.

Voorin het veld ontstond na het zwemmen een grote kopgroep met daarin negen atleten, waaronder de uiteindelijk podiumfinishers: Van Berkel, Skipper en Wild. Na zo’n 140 kilometer was het geduld van William Mennesson op: de Fransman reed hard weg bij het groepje en lag bij aankomst in T2 zo’n twee minuten voor op zijn achtervolgers, die nog altijd samen reden.

Oosterdijk bleef rond een vijftiende plek rijden tijdens het fietsen, maar verloor wel wat tijd op de snelste mannen. Als dertiende op 23:25 minuut afstand van de kop maakte Oosterdijk zich op voor de marathon. Dasselaar wisselde als twintigste.

Al fietste Mennesson sterk weg, eenmaal aangekomen bij het laatste onderdeel, moest hij het afleggen tegen de snelle lopers. Na zo’n vijftien kilometer zakte de atleet terug naar een derde plek in de ranking. Van Berkel en Skipper kwamen hem namelijk hard voorbij. Halverwege het looponderdeel was het Van Berkel die de leiding had. Skipper volgde slechts acht seconden later. Vanaf dertig kilometer zag Skipper Van Berkel steeds verder uit het zicht verdwijnen. Daarachter trok Wild de derde plaats naar zich toe door Mennesson nog in de laatste kilometers te halen. Zo werd het Van Berkel die op de winst afstormde na een indrukwekkende marathon van 2:37:42 uur. Skipper legde beslag op het zilver en Wild pakte het brons.

Oosterdijk wist zijn positie tijdens de marathon netjes te handhaven en stopte de klok met een marathontijd van 2:57:58 uur en een mooie overall finishtijd van 8:21:18 uur. Dasselaar wist dankzij een marathon van 3:02:16 uur al lopend nog drie posities op te schuiven. Zo kwam hij uiteindelijk met een zeventiende plek en een eindtijd van 8:38:26 uur over de finish.

Ryf ongenaakbaar bij de dames

Bij de vrouwen kwam niemand vandaag ook maar enigszins in de buurt van Daniela Ryf. Met ruim een half uur voorsprong op haar snelste achtervolgster, de Zwitserse Petra Eggenschwiller – die op het moment van schrijven nog niet binnen was – legde de Zwitserse beslag op het goud. Ryf lag al vanaf het zwemonderdeel op kop en had uiteindelijk 8:32:36 uur nodig om de winst veilig te stellen.