Ze verraste zichzelf behoorlijk en haar blijdschap was dan ook enorm: Els Visser werd vannacht (Nederlandse tijd, red.) tussen een sterk deelnemersveld derde bij Ironman 70.3 Taiwan. Met een halve marathon in 1:25:50 liep ze sneller dan ooit in een triathlon en verzekerde ze zichzelf uiteindelijk, pas achthonderd meter voor de finish, van het brons en daarmee ook een slot voor het WK Ironman 70.3 in Nice. ,,Ik ben echt zo blij. Dat had ik niet zien aankomen.”

Visser zag haar derde plaats dus niet helemaal aankomen, onder meer vanwege het sterke deelnemersveld met onder andere trainingsmaatjes Sarah Crowley en Amelia Watkinson, maar ook omdat ze zichzelf vorige week een beetje teleurstelde tijdens een OD bij de World Cup in Mooloolaba en omdat ze die hele week al zware benen had na een intensief trainingsblok. ,,Dus afgelopen week heb ik me mentaal voorbereid, de knop omgezet en iets rustiger getraind dan daarvoor. Maar tegelijkertijd wist ik dat ik vandaag tegen onder andere Sarah en Amelia moest racen. Twee meiden die sneller zijn tijdens het trainen. Daar word je alleen maar sterker van, maar soms kun je best wel eens denken: ‘shit, nu moet ik weer tegen hun racen’. Aan de andere kant, misschien pushen zij me ook wel om zelf harder te gaan.”

Vertrouwen

En dat gebeurde vandaag. Tijdens het zwemmen liep Visser dan nog wel een achterstand van twee minuten op de top drie op, maar daar keek ze niet heel erg van op. ,,Deze meiden zijn dan wel geen ‘Lucy Charles-zwemmers’, maar ze zwemmen wel héél goed. Bij de start miste ik net hun voeten en uiteindelijk heb ik alles alleen moeten zwemmen. Dat ik dan maar twee minuutjes toegeef, vind ik eigenlijk heel goed. Daarnaast merk ik telkens dat ik beter en sterker word in het water. Dat geeft vertrouwen.”

Waar Watkinson en Crowley als eerste twee dames uit het water kwamen, zat Grace Thek daar dertig seconden achter. Op de fiets haalde Visser die laatste al snel bij en ging ze erop en erover. ,,De eerste dertig kilometer hadden we de wind vol in de rug en ging het ontzettend hard. Daarna volle bak tegen de wind in en dan merk ik wel dat ik relatief licht ben en weinig volume heb. Daar hield ik de snelheid nauwelijks boven de 30 kilometer per uur. Toen heb ik ervan gemaakt wat er van te maken viel.”

Eigen ding doen

In de laatste kilometers zag nog een venijnige klim. ,,Maar die ging weer erg goed. Toen ik in de wisselzone terugkwam, zag ik Amelia net wegrennen. Toen wist ik dus dat ik tijd had goedgemaakt. Maar ik weet ook wat een goede loopster zij is en hoeveel goede loopsters er nog achter me zaten. Ik wilde dus mijn eigen ding gaan doen.”

Crowley had toen al een paar minuten voorsprong en zou die ook alleen maar uitbreiden. Voor Visser een heel ander beeld, want na tien kilometer werd ze ingehaald door Thek, waardoor ze op dat moment vierde lag. ,,Ik liep al een flink tempo en dacht bij mezelf dat als zij sterker is, het dan ook wel oké zou zijn.”

Zinderende versnelling

Visser bleef dus haar eigen race lopen, maar zag na 17 kilometer ineens dat Watkinson vlak voor haar liep en het verschil steeds kleiner werd. Na 18 kilometer was het gat nog zo’n 25 seconden en na 20 kilometer liepen de dames zij aan zij. ,,Ik dacht dat het een eindsprint zou worden, het tempo ging omhoog en we liepen onder de vier minuten per kilometer. Met nog 800 meter te gaan, heb ik besloten ‘all out’ te gaan en haar proberen te lossen. Ik ben keihard weggerend. Dat is ook beter dan dat je het half doet en ze nog in je rug mee kan. Na 100 meter keek ik achterom en zag ik dat ze niet kon volgen. Ja, toen dacht ik wel even ‘wat gebeurt hier’.”

Uiteindelijk pakte Visser het brons na 4:30:39. Daarmee gaf ze 9:35 minuut toe op winnares Crowley, 1:29 op nummer twee Thek, maar veel belangrijker: ze bleef 13 seconden voor Watkinson. En daarmee pakte ze ook een slot voor het WK Ironman 70.3 in Nice. ,,Of ik die ga racen, weet ik nog niet. Dat beslissen we later. Voor nu ben ik in ieder geval heel blij met dit resultaat”, besluit ze lachend.