De jeugd heeft de toekomst. Hoe mooi is het dan ook om ieder jaar weer al die talentvolle jongeren aan de start te zien van de verschillende triathlons door heel het land. Hard getraind, gefocust en met de wil om te winnen. Juist om deze jeugd een extra podium te geven, spreken wij de komende weken met een behoorlijk aantal van hen. We hebben het met hen over de sport, het trainen, de combinatie met school en soms ook de lastige keuzes. We kijken naar de in hun ogen mooiste wedstrijden, maar ook naar de minder mooie kanten. Eerder spraken we al met Niels van Lanen, Mauro DietersOlaf Jan Bosscher, Willemijn FuiteHugo Overmeen, Luna de Bruin en Barbara de Koning. Vandaag geeft Mael Plasschaert een kijkje in zijn leven als triatleet.

,,In groep zes of zeven van de basisschool begon ik met triathlon”, neemt Plasschaert ons mee terug in de tijd. ,,Ik kwam erbij via een vriendinnetje van school. Zij vroeg of triathlon niet wat voor mij was. Toen heb ik het geprobeerd en vond ik het meteen erg leuk.” In het begin hield de 17-jarige atleet er een druk programma op na: ,,Ik deed ook nog judo en kickboksen, hele andere sporten. Een tijdje heb ik het allemaal gedaan en toen ben ik gestopt met judo en later ook met kickboksen. Triathlon vind ik veel leuker.”

Talent voor duursport
In de duursport kwam de atleet meteen goed mee en ontdekte hij waar zijn talent ligt: ,,Ik was wel goed met lopen; zonder al te veel te trainen liep ik best goed. Als er wedstrijden waren liep ik bijvoorbeeld bijna altijd vooraan.”

‘Ik heb veel last gehad van blessures’
In 2019 pakte Plasschaert de titel bij een thuiswedstrijd tijdens de Junior Challenge in Almere. ,,Die wedstrijd vond ik heel erg leuk om te doen. Het was echt een leuke race en er deden ook mensen mee die goed waren; dan kan je wel echt een goede wedstrijd draaien.” Ondanks deze mooie titel is hij niet echt tevreden over zijn prestaties de laatste tijd. ,,Ik heb het laatste jaar niet zulke goede prestaties neergezet.” Dat heeft alles te maken met wat vervelende blessures: ,,Ik heb heel veel last gehad van blessures en daardoor ging het minder goed. Het komt waarschijnlijk door de groei.”

Fanatiek blijven racen
,,Ik heb niet echt een hele grote triathlon droom”, antwoord Plasschaert als we hem daar naar vragen. Een grote droom mag hij dan wel niet hebben binnen de sport, hij hoopt uiteraard wel triatleet te blijven. ,,Ik zou het wel leuk vinden om triathlon te blijven doen, maar ik zou er niet mijn beroep van willen maken”, reageert de nuchtere Almeerder. ,,Ik wil wel blijven racen en ook fanatiek, maar om er echt je beroep van te maken moet je er heel veel tijd insteken en ik wil ook gewoon gaan werken; dus dat gaat denk ik niet samen. Ik zou het natuurlijk wel leuk vinden, maar je moet écht heel goed zijn om er je boterham mee te verdienen.” Of dit er bij hem dan niet in zit? ,,Het zou er misschien wel in kunnen zitten, maar ik vraag mij of ik daar heel blij van word.”

Trainen als hulpmiddel voor school
School en triathlon combineren is voor Plasscheart geen lastige opgave: ,,Ik train ’s ochtends en ’s avonds en dan heb ik op school nog tijd om huiswerk te maken, of ik doe het thuis. Dat gaat gelukkig prima.” Zeker in verhouding tot leeftijdsgenootjes spendeert de atleet aardig wat van zijn vrije tijd aan sport. ,,Ik train rond de twaalf à dertien uur per week. Het lukt mij altijd beter om mijn schoolwerk na het trainen te doen. Dat komt door mijn ADD (concentratie problemen, red.); ik merk dat wanneer ik al getraind heb, ik sneller klaar ben met wat ik moet doen voor school”, legt Plasschaert uit.

Drukke weken
Een grote inspiratiebron binnen de sport of daarbuiten heeft Plasschaert niet echt. ,,Ik kijk ook geen triathlon wedstrijden eigenlijk. Naast sport en school en voor mezelf wat dingen doen, heb ik ook niet heel veel tijd.” Terwijl een groot deel van de jeugd hun vrije tijd vult met YouTube en Netflix, is dat bij Plasschaert dus absoluut niet het geval. ,,Ik kijk ook geen TV of series ofzo en ik game niet”, vertelt hij. ,,Als ik dan ook nog wedstrijden moet gaan kijken, heb ik weinig tijd over om andere dingen te doen.” Ook uitgaan zal voor de atleet geen vorm van afleiding vormen: ,,Ik heb wel vrienden die naar feestjes gaan, maar ik heb daar zelf niet zoveel mee.”

Tips
,,Probeer het een keer en kijk of je het wat vindt”, adviseert Plasschaert aan kinderen die overwegen aan triathlon te gaan doen. ,,Ik denk dat de meeste kinderen die twijfelen al wel iets aan lopen doen; of misschien zwemmen of fietsen. Je moet het dan gewoon eens een kans geven. Het belangrijkste is dat je mensen leert kennen, zodat je niet alleen hoeft te trainen. Dan is het ook veel leuker en kan je het echt samen doen.”