Dat NTB-directeur Rembert Groenman niet zou weten van de problematiek in en rondom het Nationaal Triathlon Trainingscentrum, wat hij de afgelopen dagen meerdere keren heeft verklaard middels statements op de NTB-website, blijkt opnieuw onjuist. De Triathlonraad uitte in 2019 namelijk al haar zorgen tegenover de NTB, tijdens een meeting waar ook Groenman aanwezig was. Dat blijkt uit notulen en een bijbehorende memo, daterend van 11 december 2019, die ons zijn toegestuurd en die wij in volledigheid in ons bezit hebben.
De Triathlonraad (TR) is een belangrijk orgaan binnen de NTB, die vanwege haar bestuurlijke structuur via het Algemeen Bestuur verantwoording aflegt aan de vijftien leden van de TR.
In de betreffende memo wordt onder andere aangegeven dat de TR het gevoel heeft dat er vooral cijfermatig inzicht is in hoe atleten worden begeleid en beoordeeld in hun ontwikkeling, maar dat er onvoldoende antwoord is op eerder gestelde vragen. Deze alleen slechts cijfermatige benadering van atleten, waarbij geen ruimte was voor een emotionele binding en een humane factor, werd de NTB eerder al verweten door bondsarts Guido Vroemen. Ook hij meldde deze week al dat de NTB wel degelijk op de hoogte was over de misstanden en daar meerdere malen over was gewaarschuwd.
‘Zorg over uitvallen atleten wel degelijk bekend bij NTB-directeur’
Daarnaast – en daar wringt de schoen nog meer – werd op 11 december 2019, tijdens diezelfde meeting, de zorg uitgesproken die de TR heeft, over het feit dat er regelmatig uitval is binnen het NTC en dat atleten er bewust voor kiezen om buiten NTC en RTC’s te trainen. Uit diezelfde notulen wordt duidelijk dat het beleid desalniettemin niet werd gewijzigd. Hieronder de betreffende fragmenten uit de memo en notulen.
Eerder bleek, na onderzoek van 3athlon, ook dat de Nederlandse Triathlon Bond atleten op intransparante wijze 750 euro per maand laat betalen voor hun A-status en hen daarmee onder druk zet. Ondanks de verklaringen van diverse atleten ontkende de NTB dit gisteren in een online geplaatst statement, waarin het ook aangaf dat het NOC*NSF op de hoogte zou zijn van deze betalingen. Uit onze navraag bij het NOC*NSF bleek echter dat zij geenszins op de hoogte is van die extra eigen bijdrage en alleen te weten van de eigen bijdrage die A-status atleten per kwartaal overmaken aan de bond en die ook netjes in het faciliteitenplan zijn opgenomen. Het NOC*NSF gaf ook aan dat atleten vooral werk moesten maken van de door ons gemelde onjuiste eigen bijdragen.